Fijn prentenboek voor jong en oud
De vuurvogel – Bette Westera – Illustraties: Djenné Fila – Volt – 33 blz.
Dit jaar won Bette Westera voor de tweede keer een van de belangrijkste prijzen op het gebied van kinderboeken, de Woutertje Pieterse Prijs. In 2015 werd aan haar en aan illustratrice Sylvia Weve de prijs toegekend voor hun dichtbundel Doodgewoon. In april van dit jaar werd de prijs opnieuw aan dit duo uitgereikt, en wel voor de bundel Uit elkaar. Ook andere prijzen vielen Bette Westera ten deel, zoals de Gouden Griffel, eveneens voor Doodgewoon, een Zilveren Griffel voor Vroeger was de aarde plat (2018) en Vlag & Wimpels voor Aan de kant, ik ben je oma niet! (2013), In een slootje ben ik een bootje (2016) en Dag Poes! (2018).
Kortom, de waardering voor het werk van Bette Westera is groot. Vanzelfsprekend brengt dat verwachtingen met zich mee ten aanzien van nieuwe uitgaven. De nieuwsgierigheid naar De vuurvogel, een prentenboek dat is geïnspireerd op het gelijknamige ballet van Michel Fokine en Igor Stravinsky uit 1910, was dan ook groot.
Hoofdpersoon is de Russische prins Ivan, die tijdens een van zijn avontuurlijke tochten een prachtige rode vogel ziet, de vuurvogel. Hij wil hem meenemen naar zijn paleistuin, maar de vogel smeekt hem dat niet te doen. In ruil voor zijn vrijheid schenkt de vogel de prins een van zijn rode veren, waarvan de magische kracht de prins wellicht tot nut kan zijn. Ivan bevindt zich namelijk in het rijk van de reus Kashei de Onsterfelijke, wiens ziel bewaard wordt in een ei. Dat laatste zorgt ervoor dat de reus het eeuwige leven heeft. Al gauw heeft Ivan in de gaten dat hij in gevaar is. Kashei houdt twaalf prinsessen gevangen en elf prinsen heeft hij veranderd in een standbeeld. Zou dat ook Ivans lot zijn? Desondanks durft hij de strijd met Kashei aan. De rode veer in zijn binnenzak geeft hem ongekende krachten. Als dan ook nog de vuurvogel een handje komt helpen, is Kashei snel verslagen. De prinsessen en prinsen worden bevrijd, waarna elf dansende paren worden gevormd. De twaalfde prinses en Ivan worden op slag verliefd en leven nog lang en gelukkig.
Zoals we dat van ander werk van Bette Westera kennen, wordt ook dit sprookjesachtige verhaal over de vuurvogel in sterke, directe taal verteld. Het is allemaal zeer afgewogen, nergens staat een woord te veel. ‘Daar lichtte iets op. Iets roods. Een van de magische veren van de vuurvogel!’ Van zulke zinnen gaat kracht uit, die bijdragen aan de spanning en de magie. Opvallend is ook de natuurlijke wijze waarop Westera danselementen – het verhaal is immers geïnspireerd op het gelijknamige ballet – in het verhaal heeft verwerkt.
De prachtige prenten in De vuurvogel zijn van de hand van illustratrice Djenné Fila, die onder meer het sprookje Het vogelmeisje in De kikkerbilletjes van de koning (2018) van Janneke Schotveld en Het beest met de kracht van tien paarden (2019) van Lida Dijkstra illustreerde. Net als in deze uitgaven valt in De vuurvogel op hoe treffend de nog niet zo bekende illustratrice in harmoniërende tinten – nergens is sprake van overdaad of schreeuwerigheid – de sfeer in het verhaal weet te treffen. De geheimzinnigheid en de magie van het sprookje spatten van het papier af en houden de aandacht voortdurend gevangen. Mooi zijn wat dat betreft ook de schutbladen in zachte, schaduwachtige grijstinten. De vele fantasierijke details in de prenten zorgen er bovendien voor dat er steeds weer iets nieuws valt te ontdekken.
Alles bij elkaar is De vuurvogel een zeer geslaagd prentenboek. Een heerlijk boek om voor te lezen en te bekijken. Niet alleen kinderen vanaf ongeveer vijf jaar zullen ervan genieten, maar zeker ook volwassenen!
Boek bestellen!