Een spannend avontuur van drie tieners
Dix Pit en de sporen van Torak – Kiek Tas – Levendig Uitgever – 306 blz.
Vroeger reisde Kiek Tas de hele wereld over en beleefde ze zelf vele avonturen. Nu woont ze in Utrecht, heeft een gezin en is kinderboekenschrijver. Kiek Tas is, zoals ze zelf zegt, een ‘echte jongensmoeder’. Ze gaat graag met haar zoons fikkie stoken in het park, preppen (= je voorbereiden op een eventuele ramp), archeologische ontdekkingen doen of musea onveilig maken. Dit, in combinatie met haar interesse in politiek, geeft haar genoeg inspiratie om te schrijven over de avonturen van Dix en zijn neven. Dix Pit en de sporen van Torak is het eerste deel. Het vervolg verschijnt in 2014.
Al tweehonderd jaar lang horen de kinderen van het eiland Mook de heldenverhalen over Torak, de laatste koningszoon val Saltland. Torak verdween spoorloos tijdens het volbrengen van de vier koningsproeven. Er is nooit meer iets van hem vernomen. Ook de dertienjarige Dix Pit kent de verhalen over Torak. Hij is geboren op Mook en voorbestemd om visser of smokkelaar te worden, zoals alle jongens op Mook. Zo gaat dat al generaties lang. Maar Dix wil meer. Hij wil op avontuur, de wereld zien. Op een gure, winderige dag stelt hij zijn tweelingneven Chris en Mats voor om op zoek te gaan naar Torak. Ze willen uitvinden wat er destijds met de koningszoon gebeurd is. Daarom besluiten ze om de reisroute die Torak tweehonderd jaar geleden volgde, opnieuw af te leggen. Terwijl Dix, Mats en Chris op een donkere nacht Mook achter zich laten, op zoek naar Torak, schieten de raderen van de geschiedenis knarsend in een hogere versnelling. Hoopvolle ogen richten zich op de drie jonge avonturiers. Met hulp uit onverwachte hoek lukt het hen om uit handen van de regenten te blijven, die zich door hun zoektocht bedreigd voelen. Maar hoe lang houden Dix, Mats en Chris dat vol?
De drie jongens beleven een spannend avontuur, en gaan problemen niet uit de weg. Het grootste gevaar zijn de regenten, die Tas duidelijk op een aantal opvallende hedendaagse politici heeft gebaseerd. Zo heeft de Italiaanse ex-president model gestaan voor regent Berlusco, de regent met dictatoriale neigingen. En regent Wilder doet niet onder voor Geert Wilders. “’Ik laat toch maar de bewaking van het paleis verdubbelen’, zegt Wilder zenuwachtig. ‘Je weet het maar nooit, met die achterlijke Tarken.’” Met als vervolg: “Wilder keek opgewonden. Hij verheugt zich er nu al op. Voor de zoveelste keer strijkt hij zijn tegendraadse hoogblonde haar glad.” Het ligt er misschien een beetje dik bovenop, maar met deze politiek knipoog is Dix Pit en de sporen van Torak ook voor volwassen leuk.
Aan de schrijfstijl te zien is Kiek Tas duidelijk nog wel een beginnend schrijver, maar wel een beginnend schrijver met potentie. De hoofdstukken zijn met ongeveer 10 pagina’s goed te overzien en de taal is zeker geschikt voor de jonge lezer. Ook de zelfgemaakte tekeningen die het verhaal af en toe onderbeken zijn een goede toevoeging.
Dix Pit en de sporen van Torak is een leuk jeugdboek, waarin we de drie jonge helden volgen in hun avontuur. Met een duidelijke moraal , veel geschiedenis, een vleugje aardrijkskunde met nieuwe namen en een les in politiek, is Dix Pit en de sporen van Torak niet alleen een spannend verhaal maar ook leerzaam. Kiek Tas laat opa Barend dan ook een wijze les geven na een vraag van Dix, een les die voor ons allemaal zinvol is: “’Maar wat moeten we doen dan?’
‘Ons best doen … en falen. Leren van onze fouten, opnieuw proberen … en weer falen.’”
Felice Beekhuis