Ondergang van een liefde

Karina of de ondergang van Nederland – Wouter Godijn  – Atlas Contact – 350 blz.

Godijn stelt in de titel twee mogelijkheden voor. Om met de tweede te beginnen: Tja, die klimaatverandering, die zit eraan te komen, is er feitelijk al. Hoezo zal dat de ondergang van Nederland bewerkstelligen? Dat gaat er zeker niet van komen als het aan Groverd Wild (voor wie zou hij toch model staan?) ligt. Hij is leider van de Partij voor de Democratie, een van de regerende (totalitaire, net als in heel Europa) partijen. De trip van de ik-figuur direct aan het begin van het boek naar een dijk waar het water al bij eb tot een behoorlijke hoogte staat (2031), wijst naar een komende dystopie. De ik-figuur woont ook een toespraak van Groverd Wild bij en krijgt ter plaatse een flauwte die de rest van zijn leven zal beheersen: moeilijk lopen en problematisch plassen. Zie hier de ondergang van Nederland. Maar daarbij zijn we iets belangrijks vergeten: de proloog!

“Tientallen jaren geleden” zijn daarvan de eerste woorden. De ik-figuur en Karina, getrouwd en wel, gaan een fietstochtje maken. Zij is speels en daagt hem uit. Even later, ze zijn de tijd vergeten, liggen ze na het bedrijven van de liefde in de natuur. Het is het begin van een relatie die zich in het verhaal verder ontwikkelt. Zij is de mooie, stralende verschijning, waarvan de schrijver zich afvraagt wat ze in zo’n flodderfiguur als hij ziet. De twee maken een perfecte tijd met elkaar mee en zijn overmatig gelukkig, mogen we aannemen. Helaas dat zal niet zo blijven. De hoogblonde schoonheid verandert in een inktzwarte heks, waarvan de schrijver blij is uiteindelijk te zijn verlost. Tussen de bedrijven door speelt ook nog hun zoon Robbie  een partijtje mee. Zie hier de ondergang van een liefde. Dit hele proces is veel belangrijker dan de mogelijke ondergang van Nederland, dat is slechts een achtergrond die min of meer parallel loopt met de ondergang van het huwelijk.

De mannelijke hoofdpersoon is ‘schrijver’ van het soort dertien in een dozijn. Bang zijn mond open te doen en van racisme te worden beoordeeld, zoals na de overval op hem door een donker getinte man. Hij schrijft geregeld over wat hij aan het schrijven is, iets wat vaker in de roman voorkomt. Het belangrijkste daarbij is een soort (misplaatst) schuldgevoel. Zijn langzamerhand aftakelen levert tragikomische scènes op, dat in frappante tegenstelling tot de eerdere vlammende liefdesscènes. Meesterlijk hoe Godijn met deze tegenstellingen speelt, zowel inhoudelijk als op taal technisch vlak. Iets wat hij ook al in eerdere romans heeft geflikt en wat ook nu weer wijst op zijn uitgesproken vakmanschap.

Het lijkt er vaak sterk op dat de personages niet inhoudelijk op de gebeurtenissen reageren, maar dat Godijn ze iets vreemds, ongebruikelijks, ongepasts laat zeggen waaruit de gebeurtenissen voortvloeien. Goed voorbeeld daarvan zijn de uitlatingen van de ik-figuur in het programma DWDD – Godijn wist toen nog niets van de perikelen rond Van Nieuwkerk nu, anders had hij het programma in 2023 nooit laten hervatten – waar hij allerlei foute uitspraken doet, maar ze ook weer intrekt.

De liefdesscènes doen enigszins denken aan Jan Wolkers, onverbloemd, maar toch met een ironische achtergrond. “Neu-heuken. Hoe pakte ik dat aan, hier, hoe kreeg ik het in vredesnaam voor elkaar? Een paar keer was ik opeens in haar. Verbijsterende ervaring – ik bedoel, het enige wat er feitelijk gebeurde, was dat mijn lul even in haar zat, hij plopte als het ware naar binnen, half struikelend over de drempel, maar het was alsof ik zelf, ik van top tot teen, in haar lichaam werd opgenomen, alsof ik als een toerist nieuwsgierig een deurtje had opengedaan en vol verbazing een soort van sprookjesachtige binnentuin in was gestiefeld.”. Een soortgelijk taalgebruik treffen we aan als de auteur de bevalling van Robbie door Karina beschrijft: ”… dat ‘het vast niet lang meer zou duren’. Als ik zelf zou bevallen (een veronderstelling die lijkt op: verbeeld je eens dat een wit schaap zwart is), zou ik ook schoon genoeg hebben gekregen van dat soort geneuzel. Het gebabbel van iemand die overal buiten stond.”. (cursivering door de auteur)

Al met al is dit een typische Godijn-roman die ik evenals zijn overige romans  sterk zou willen aanbevelen.

Kees de Kievid

Boek bestellen!

Andere recensies

Wij van de Ripetta – Tomas Lieske – Querido – 231 blz. In deze roman laat Lieske de Engelse schrijver en toneelspeler William Shakespeare naar Rome reizen. In werkelijkheid is hij daar nooit geweest, maar het levert een verrassend boek op als Shakespeare daar...
Lees verder Categorie: Literatuur, Roman
| Reageer!
Het jaar van Bonk – Tiny Fisscher – Illustraties: Sophie Pluim – Volt – 314 blz. Wanneer Finn de nieuwe buurt vanuit een kastanjeboom door zijn verrekijker verkent, wordt hij ruw verstoord door Zwaan die het niets vindt om bespied te worden door een...
Lees verder Categorie: Boek van de week, Kinderboeken
| Reageer!
Mijn boek vol slimme weetjes over dieren – Mathilda Masters & Kass VanderSande – Lannoo – 120 blz. Voor kinderen vanaf zes jaar is dit een heerlijk boek om antwoord te krijgen op vragen over de meest uiteenlopende dieren. Het is verdeeld in vijf...
Lees verder Categorie: Dieren & Natuur, Kinderboeken
| Reageer!