Breed uitwaaierende Indiase roman
Het onzichtbare geluk van andere mensen – Manu Joseph – Podium – 346 blz.
Voor lezers die niet gewend zijn, om boeken van Indiase schrijvers te lezen, is het wel even wennen. Allereerst is daar de cultuur en het dagelijks leven die sterk van de onze verschillen. Daarbij hanteert Joseph een aparte stijl waarin het perspectief telkens verspringt van de ene naar de andere persoon als een estafette waarbij de personages elkaar het stokje doorgeven. Zo krijg je dus een kijkje in de hoofden van alle hoofdpersonages en leer je hoe ze over elkaar denken. Hij doet dit gelukkig wel overzichtelijk zodat je je niet hoeft af te vragen wie er aan het woord is.
Kernpersonages in het verhaal zijn Ousep, Mariamma, Unni en Thoma Chacko, katholieke Tamils. Vader Ousep is een alcoholische journalist, die ooit veelbelovend was als auteur en die zelfs een zilveren engel won, de prijs voor de beste schrijver. Moeder Mariamma heeft economie gestudeerd, maar is voornamelijk huisvrouw. Ze is ook nog spion voor de pastoor in een praatclub van katholieke vrouwen en schrijft recensies. Ze fantaseert over de dood van haar man Ousep, want hun huwelijk stelt niets meer voor.
“’Mariamma, wat zijn dit voor gedachten?’ Ze is natuurlijk geen moordenaar, ze is gewoon huisvrouw die denkt dat ze veel meer kan. Ze schrijft af en toe boekrecensies voor een vrouwenblad onder de naam Gabriel, maar dat maakt haar nog geen slecht mens.”
Unni, de oudste zoon heeft op zeventienjarige leeftijd zelfmoord gepleegd. Hij was een veelbelovend striptekenaar. Thoma, de jongste zoon, moet zien te (over)leven met zijn alcoholische vader, zijn in zichzelf sprekende moeder en een dode broer.
(Het boek speelt in de stad Madras ongeveer aan het eind van de jaren tachtig van de vorige eeuw.) Het is voor Ousep een raadsel waarom zijn zoon Unni zelfmoord heeft gepleegd en het is voor hem een obsessie geworden om te achterhalen hoe hij tot zijn daad is gekomen. Dit is de rode draad in het verhaal. Toen zijn zoon stierf lukte het hem niet, maar nu is het drie jaar later en wordt er een envelop bezorgd met daarin een stripverhaal van Unni dat hij verstuurde op de dag van zijn dood.
Ousep werpt zich, tot irritatie van velen, weer op het onderzoek naar de dood van zijn zoon. Hij zoekt klasgenoten op die intussen twintig jaar zijn en leden van de striptekenaarsclub waar Unni lid van was.
Langzamerhand kom je erachter dat de dode Unni de bindende factor was in het gezin, dat nu nog uit drie losse eenheden bestaat die samen onder een dak leven. Unni was de geliefde zoon, de zoon die een belofte inhield. De acht jaar jongere Thoma is veel minder begaafd en ook minder geliefd. Hij is niet goed in sport, hij kan niet goed tekenen – zijn koeien zien eruit als witte tweezitsbanken – en ook op school is hij geen uitblinker.
Maar Joseph trekt het verhaal veel breder. Als de zoektocht naar de reden van de zelfmoord de stam is, zijn er nog vele takken die aan deze boom groeien. Hij laat zien dat vrouwen het in India lastig hebben. Ze worden lastiggevallen, betast, aangerand en verkracht. Hij steekt de draak met hongerstakers die in een zaklamp een banaan hebben verstopt, om hun ‘hongerstaking’ langer te kunnen volhouden. Kortom, hij levert satirische kritiek op de Indiase maatschappij. Het verhaal speelt wel ongeveer twintig jaar geleden af, maar is India in feite veel veranderd?
Ousep komt er uiteindelijk achter dat zijn zoon Unni een jongen was met een ingewikkeld karakter. Langzaam wordt Unni’s karakter ontrafeld, zonder dat we nu helemaal begrijpen wat er met hem aan de hand was. Vast staat dat Unni ernaar streefde om de perfecte mens te zijn. Een streven waarin iedereen faalt, zo ook hij. Dat falen kon hij niet verkroppen en zo is er eigenlijk een tamelijk banale reden waarom hij zich van het leven beroofde.
Tegen het eind van het boek heeft Ousep een lang gesprek met de neurowetenschapper Krishnamurthy Iyengar die Unni heeft gekend. Schrijver Joseph raadpleegde, om dit stuk te kunnen schrijven, drie neurowetenschappers die het nogal grappig vonden dat een fictieauteur ook onderzoek voor een boek moet doen. Joseph vermeldt dit in een dankwoord.
Op blz. 287 en 288 laat Joseph Iyengar het volgende zeggen:
‘De vereniging van neurowetenschappers erkent massawaan niet als psychische aandoening. Wat betekent dat? Dat betekent dat de vereniging van neurowetenschappers wel toegeeft dat alle bewijzen die erop duiden dat God een waanidee van de mens is, maar dat mensen die in God geloven, en dat is de meerderheid van de mensheid, niet beschouwd mag worden als mensen die aan een waan lijden. Dat is een belachelijk standpunt. Vanuit de neurowetenschap bezien is gezondheid van geest de gesteldheid van de meerderheid en een massawaan geen waan maar gewoon de menselijke natuur.’
Joseph laat de wetenschapper dus zeggen dat niet de meerderheid van de mensen als normaal kan worden beschouwd, maar dat er slechts enkelen zijn die geestelijk gezond zijn, maar dat die juist als zonderlingen worden gezien. Unni Chacko was zo’n zonderling.
Het onzichtbare geluk van andere mensen is een rijk boek dat vele lagen kent en een satirische kijk geeft op de Indiase samenleving.
Pieter Feller
One thought on “Breed uitwaaierende Indiase roman”