De brievenbezorgster van Puglia – Francesca Giannone
Een Italiaanse streekroman
Dit is de debuutroman van Francesca Giannone en werd meteen het bestverkochte boek in Italië. Het boek bestaat uit drie delen.
Giannone begint met een proloog gedateerd 13 augustus 1961. De brievenbezorgster Anna Greco is zojuist overleden, 27 jaar na haar aankomst in Lizzanello. Anna kwam met haar man Carlo uit het noorden, ze woonden in een plaatsje tegen de Franse grens aan en verhuisden naar de hak van de laars van Italië. Carlo en zijn broer Antonio erfden er een huis en wat grond van hun oom Luigi van moederskant.
“Helemaal de schuld van die vervloekte oom dat ik mijn leven in Pigna en mijn leerlingen heb moeten opgeven om naar het zuiden te verhuizen, dacht Anna. En ze had hem gehaat, ook al was hij dood.”
Deel een (juni 1934 – december 1938)
Anna vormt met Carlo en de baby Roberto een gezin. Carlo’s broer Antonio is getrouwd met Agata en zij hebben samen een dochter van een jaar of negen, Lorenza. Anna is een zelfstandige vrouw en van het begin af aan voelt Agata zich de mindere. Ze is jaloers op Anna, die knapper is en voelt zich tekort gedaan door haar man en dochter. Ze reageert dat af op Lorenza, die dan ook in Anna een lievere moederfiguur ziet. Anna en Carlo hebben een tragedie doorgemaakt. Ze hebben een dochtertje verloren dat in 1934 ongeveer de leeftijd zou hebben van Lorenza.
De twee broers Carlo en Antonio hebben een hechte relatie. Carlo is lang geleden uit Lizzanello vertrokken en aan dat vertrek zaten wat haken en ogen vast, want toen hij wegging had hij toegezegd dat hij zou trouwen met Carmela, die nog steeds in Lizanello woont. Ze komen elkaar natuurlijk tegen. Carmela is intussen getrouwd met een man die veel ouder is dan zij. In april 1935 overlijdt de postbode van het stadje en Anna besluit op de baan te solliciteren.
“’Ik heb het bericht op het mededelingenbord gelezen,’ zei Anna. ‘U zoekt een postbode, is het niet?’
‘Ja, mevrouw. Komt u voor uw man?’
Anna trok een wenkbrauw op. ‘Nee, voor mezelf, om u de waarheid te zeggen.’
Deel twee (april 1945 – juni 1949)
Carlo heeft wijnranken geplant. Daarvoor heeft hij het advies ingewonnen van de vader van Carmela bij wie een portret van Mussolini aan de muur hangt. Hoewel hij nog wrok koestert, omdat Carlo zijn dochter heeft laten zitten, geeft hij toch advies. In dit deel worden voor het eerst de druiven geoogst. Carlo wil zijn wijn tot de beste van Italië maken. Aan het eind van de oorlog als de Amerikanen het zuiden van het land hebben bevrijd, komt zijn handel op gang. Hij schenkt een regiment Amerikanen een aantal flessen wijn, waarna de commandant besluit een grote hoeveelheid voor zijn manschappen aan te schaffen.
Anna bezorgt alweer jaren de post in Lizzanello en omgeving en kent nogal wat geheimen van de bevolking. Omdat velen analfabeet zijn, leest ze vaak de brieven voor. De oorlogstijd was voor iedereen een nare tijd. Jongemannen konden worden opgeroepen voor het leger en Anna moest de oproepen rondbrengen. Natuurlijk sneuvelden er ook mannen en dan was Anna de brenger van slecht nieuws. Dat lezen we pas na 1945. Want Giannone beschrijft de oorlogstijd niet.
Vrouwenkiesrecht
Na de oorlog zet Anna zich in voor het vrouwenkiesrecht. Italiaanse vrouwen kregen dat pas in 1945. Ze zet een tafeltje op het dorpsplein en verzamelt handtekeningen van vrouwen, maar ook van mannen om de overheid te bewegen om vrouwen kiesrecht te geven. Carlo en Antonio steunen haar in dat streven. Niet alle mannen zijn er blij mee. Vrouwen tekenen soms stiekem, omdat hun man het niet mag weten. Ook merkt Anna dat ze na elf jaar nog niet voor honderd procent is geaccepteerd. Ze wordt door sommigen nog steeds ‘die vreemdelinge’ genoemd.
Deel twee eindigt dramatisch met het overlijden van Anna’s man Carlo.
Deel drie (november 1950 – mei 1952)
Anna moet verder zonder haar grote liefde die haar in 1934 naar deze uithoek van Italië gebracht heeft. Ze houdt haar baan, maar rouwt wel twee jaar hevig, voordat ze weer wat levenslust terugkrijgt. Hun zoon Roberto maakt zijn middelbare school af en gaat werken in het bedrijf van zijn vader dat tijdelijk wordt gerund door zijn assistent Daniele, de zoon van Carmela.
Anna blijft zich inzetten voor de zwakkeren in de samenleving. Zij steunt een opstand van boeren tegen een grootgrondbezitter die uiteindelijk succesvol verloopt.
Niet ver van Lizzanello staat het huis van Giovanna, de ‘gekke’ vrouw die Anna ooit opving en bij haar inwoont. Het staat al jaren leeg. Van het grote huis wil ze een vrouwenhuis maken om vrouwen op te vangen en ook om ze te scholen. Antonio helpt haar daar weer bij wat tegen het zere been is van zijn vrouw Agata, die wordt opgestookt door wat andere vrouwen in het stadje.
Conclusie
De brievenbezorgster van Puglia is een uitgebreide roman. Er komen veel personages in voor, maar Giannone geeft ze niet veel diepgang. Jammer genoeg laat ze ook bepaalde, interessante episoden links liggen. Zo slaat ze de periode 1939 – 1945 helemaal over. We lezen pas achteraf hoe die zijn weerslag heeft gehad op het leven in Lizzanello. Ook de Maffia en de kerk, die destijds grote invloed hadden op het leven in Italië, worden niet of amper genoemd. Maar wie het leuk vindt om een historische roman te lezen over een Italiaans dorp met al haar inwoners, is het een genoeglijk boek. Het boek won de Italiaanse boekhandelsprijs en hoewel het aan meer dan twintig landen verkocht is, denk ik dat de Italianen zelf het meest zullen genieten van deze geromantiseerde versie van het leven in Puglia tussen 1934 en 1952.
Boek bestellen!