De donkere cocon

Duistere wegen. Reis naar Vincent van Gogh in de Borinage – Pascal Verbeken – De Bezige Bij – 192 blz.

DuistereWegenEen geboren verliezer. Zo zou je de vijfentwintigjarige Nederlandse predikant kunnen noemen die op tweede kerstdag 1878 gaat wonen in de Borinage, een mijnstreek in Wallonië, in de omgeving van Bergen. Zijn naam: Vincent van Gogh. Zijn beroepsleven is tot dusver een aaneenschakeling van teleurstellingen geweest: als bediende in kunsthandel Goupil in Den Haag, Londen en Parijs, als onderwijzer in Ramsgate, als hulppredikant in Isleworth, als boekverkopershulp in Dordrecht en tenslotte als student theologie. Maar ook op sociaal gebied staat hij nergens: geen relatie, afhankelijk van de financiële steun van zijn vader en een gespannen relatie met zijn familie.

Zijn vader Theodorus stuurt hem dan maar naar een Vlaamse school voor evangelisten in Brussel. Ook in deze laagdrempelige korte proefopleiding van drie maanden bakt van Gogh er weinig van. Hij heeft zelfs geen talent als predikant. Hij komt echter in Brussel in contact met mijnwerkers en zijn roeping staat vast: het evangelie verkondigen in de Borinage. Van Gogh mislukt hier ook volkomen en wordt door de plaatselijke bevolking als een idealistische gek gebrandmerkt. Een weduwe waar van Gogh bij verbleef, herinnerde zich nog de laatste momenten toen hij vertrok: “Kinderen renden uitdagend achter hem aan, terwijl ze “Au fou…au fou…” riepen.”

De doortocht door de Borinage is evenwel een belangrijk kantelpunt in het leven van van Gogh. Er blijft immers maar één pad meer over: een leven in dienst van de kunst. De Borinage was de noodzakelijke donkere coconfase die de rups moest doormaken om daarna als een vlinder de vleugels uit te slaan. Een vlinder met vleugels van papier. Zelf vergeleek van Gogh, in een brief aan zijn broer Theo, de periode in de Borinage met de ruitijd bij de vogels: “Je kunt erin blijven, in die ruitijd, je kunt er ook als herboren uitkomen.”

In Duistere Wegen doorkruist auteur, journalist en documentairemaker Pascal Verbeken met de fiets in vijf dagen de Borinage en zoekt de huizen en dorpen op waar van Gogh heeft gewoond en gewerkt. In het boek schakelt hij voortdurend over van de tijd van van Gogh naar het heden. De auteur praat met de mensen die nu wonen op de plaatsen die van belang zijn geweest in de doortocht van de zendeling in de Borinage. Hij verwerkt getuigenissen van tijdgenoten van Van Gogh alsook de brieven die hij heeft geschreven naar het thuisfront, voornamelijk dan naar zijn broer Theo.

Het boek leest dan ook heel vlot en houdt de aandacht voortdurend vast. Het kan zo omgezet worden naar een documentaire voor televisie. De auteur wijst ook op een aspect in het leven van Van Gogh dat in de bestaande biografieën onbelicht is gebleven: zijn leven als wandelaar. Dit deed hij niet alleen omdat hij geen geld had voor betaald vervoer maar ook om in het reine te komen met zichzelf. Wandelen was een balsem voor zijn onrustige geest.

Het boek bevat verder een elftal illustraties, een kaartje van de Borinage en een zeer goede bibliografie met de standaardwerken over deze streek. De laatste brief die Van Gogh in juni 1880 schreef naar zijn broer Theo wordt integraal weergegeven. De auteur stelt terecht dat de brieven behoren tot de hoogtepunten van de Nederlandse schrijfkunst.

Pascal Verbeken heeft in vroegere publicaties zijn liefde voor Wallonië beschreven. Ook dit boek straalt een melancholische liefdesverklaring uit. Maar de schrijver wil vooral de boodschap meegeven dat deze streek, dankzij het harde labeur van de mijnwerkers, belangrijk is geweest voor de welvaart in gans België, zeker in de tijd van Van Gogh en nog decennia later. België was niet voor niets in die tijd de derde belangrijkste industriële grootmacht ter wereld.

Dat dit boek in 2015 verschijnt is geen toeval. Bergen (Mons) draagt dit jaar samen met de Tsjechische stad Pilsen de titel van Culturele Hoofdstad van Europa. Naast een expo in Bergen met schilderijen, tekeningen en originele brieven uit deze periode van het leven van Van Gogh, kan ook het huis in Cuesmes worden bezocht waar van Gogh vier maanden woonde.

Het boek is een aanrader voor liefhebbers van Van Gogh die meer willen te weten komen over deze episode uit het leven van de schilder. Maar evenzeer nodigt dit boek de lezer uit om zelf dit stukje Wallonië te ontdekken en respect op te brengen voor de dwangarbeiders van de mijn.

Kris Muylle

Andere recensies

Wij van de Ripetta – Tomas Lieske – Querido – 231 blz. In deze roman laat Lieske de Engelse schrijver en toneelspeler William Shakespeare naar Rome reizen. In werkelijkheid is hij daar nooit geweest, maar het levert een verrassend boek op als Shakespeare daar...
Lees verder Categorie: Literatuur, Roman
| Reageer!
Het jaar van Bonk – Tiny Fisscher – Illustraties: Sophie Pluim – Volt – 314 blz. Wanneer Finn de nieuwe buurt vanuit een kastanjeboom door zijn verrekijker verkent, wordt hij ruw verstoord door Zwaan die het niets vindt om bespied te worden door een...
Lees verder Categorie: Boek van de week, Kinderboeken
| Reageer!
Mijn boek vol slimme weetjes over dieren – Mathilda Masters & Kass VanderSande – Lannoo – 120 blz. Voor kinderen vanaf zes jaar is dit een heerlijk boek om antwoord te krijgen op vragen over de meest uiteenlopende dieren. Het is verdeeld in vijf...
Lees verder Categorie: Dieren & Natuur, Kinderboeken
| Reageer!