De menselijke variatie gevierd
Wat loopt daar? – Midas Dekkers – Atlas Contact – 368 blz.
De ondertitel van dit boek van de bioloog en schrijver Midas Dekkers luidt: “Een biologische kijk op rassen”. Een dergelijke ondertitel zal zeker vele alarmbellen laten afgaan, want het begrip “ras” is, wat mensen betreft, sinds de tweede wereldoorlog, om zeer begrijpelijke redenen besmet geraakt. Van hondenrassen en aardappelrassen kun je onbekommerd spreken, maar wie over mensenrassen begint roept weerstand op. Omdat het ene mensenras zich beter waant dan het andere. Racisme is een groot sociaal probleem, maar de wortel ervan, het ras, is biologisch. Daarom heeft Midas Dekkers gemeend dit boek te moeten schrijven. Hij zegt er onder andere het volgende over:
“In onze tijd is het biologisch onderzoek aan mensengroepen in diskrediet geraakt door het mensonterende misbruik dat de politiek van de rassenleer heeft gemaakt. Alleen de culturele antropologie bloeit en natuurlijk het onderzoek aan verre, morsdode voorvaderen. Het levende mensenvlees van de fysieke antropologie, de hoofdstam, is verdord. Dat is jammer. Over het nut van culturele ornithologie zal ik me niet uitlaten, maar voor dat van fysieke antropologie breek ik graag een lans. Omdat iedereen anders in elkaar zit. Een normaal mens bestaat niet. Is hij niet te kort is hij wel te dik, te mooi, te gierig of te aardig om normaal te zijn. De een plant zich niet voort, de ander in veelvoud. De een is zo slim een kernbom te maken en de ander zo dom om hem te laten vallen. Iedereen is eigenaardig. Het zal een marsmannetje niet meevallen om voor zijn veldgids van vreemde planeetbewoners een goede definitie te geven van de mens, met zijn lengte variërend van een reiger tot een krokodil, in gewicht van een poedel tot een jonge olifant, in voortplanting van een maagd tot de konijnen”.
Dit citaat geeft ook meteen aan waarom ik dit boek met genoegen las. Dekkers kan als geen ander een serieus onderwerp op een erudiete, vlotte en humoristische manier behandelen. Je steekt er heel veel van op en het leest uitermate prettig. Als het de bedoeling van de schrijver was met dit boek een groot publiek te bereiken, dan is hij daarin naar mijn mening glansrijk geslaagd.
In tien hoofdstukken kijkt de deskundige bioloog Dekkers naar de mensenrassen om hem heen, hij beschrijft en ontleedt ze in al hun gedaanten, met verwondering en empathie. Hij gaat in op afstamming en evolutie, benoemt, verklaart en bewondert de grote variatie, betoont respect aan beroemde taxonomen als Linnaeus en Blumenbach en heeft een scherp oog voor het absurde en ongerijmde. Allerlei misverstanden, vooroordelen en populaire verzinsels, worden verklaard en uit de weg geruimd. Ik moet me bedwingen hele stukken te citeren, maar vooruit, deze dan nog:
“Verschillen zijn moeilijker te kwantificeren dan genen. Het is niet zo dat je met acht andere genen tweemaal zo divers bent als met vier. Genetisch verschilt een Homo sapiens maar 0,3% van een neanderthaler en is hij voor 98,8% aan een chimpansee gelijk. Toch zou hij zijn dochter niet graag met een van beide thuis zien komen”.
Wat loopt daar? is een monumentaal boek voor een zeer groot lezerspubliek. Boek bestellen!
Dick Huitema.