Expat in Kenia
POM – Kees Broere – In de Knipscheer – 292 blz.
Peter Flinck heeft alleen een moeder, zijn vader is met de noorderzon vertrokken, maar hij mist hem niet. We leren Peter kennen in het eerste hoofdstuk in gesprek met zijn moeder Eva. Zij betreurt de scheiding van hem en zijn vrouw Eline. Hier is de eerste aanzet gegeven tot een thema in de roman: Peter kan geen langdurige relatie aan omdat hij “liever neemt dan geeft”. Hij vertelt een baan aangenomen te hebben in Kenia (Nairobi) bij een Franse firma, die op het punt staat overgenomen te worden door een Amerikaans bedrijf. In 1993 vertrekt hij en het boek beschrijft zijn leven in het Afrikaanse land, en zijn uitstapjes naar andere delen van Afrika. Het eindigt kort na de dood van Nelson Mandela in 2013.
Peter werkt bij het bedrijf Ducray Johnson en begeleidt op juridisch gebied de projecten ervan. Hij maakt promotie en wordt tenslotte directeur van de Keniaanse vestiging. Over de details van zijn arbeidzaam leven komen we verder weinig te weten. Zijn positie is kennelijk zodanig dat hem vanuit de Nederlandse ambassade gevraagd wordt “een oogje in het zeil te houden”. Hij krijgt daarvoor royaal betaald. Zijn contactpersoon is de ambassadesecretaris Ton Vermeeten, die vooral overkomt als een schimmig figuur. Ook in deze ‘functie’, waarvan de inhoud vaag blijft, is hem promotie aangeboden, maar Peter weigert.
Veel belangrijker zijn de vriendschappen, zowel in Kenia als thuis in Nederland. Op zijn werk heeft hij een goede band met zijn collega Faith Kibet, die hij ook regelmatig thuis bezoekt. Met haar familie kan hij het uitstekend vinden en gezamenlijk maken ze diverse uitstapjes. Tijdens een ervan gebeurt er iets bijzonders: in het gastenboek van het hotel staat een zekere Peter Flinck ingeschreven. Peter is stomverbaasd, want hij is hier nooit geweest. Later blijkt dat het een naamgenoot, een tropenarts is. Zijn vriend OJ (Eddie Odendo) had een ontmoeting tussen de twee Peters geregeld, maar die ging niet door. Dit is een van de voorbeelden van vage figuren die in de roman voorkomen. Een andere is Kees Asten, een journalist met wie hij ook bevriend raakt. De naam (en het beroep) is bijzonder, want in 1998 en 1999 heeft Broere twee romans gepubliceerd onder dat pseudoniem. Het is dus misschien niet zo vreemd te denken aan autobiografische elementen in POM. Broere blijft daar echter vaag over. In een interview op de radio heeft hij op de vraag daarnaar geantwoord: “[het boek is] honderd procent autobiografisch en honderd procent niet autobiografisch”.
Een andere vrouw die een grote rol in het boek speelt is de moslima Saïda Mohamed. Peter krijgt duidelijk gevoelens voor haar, maar het blijft bij korte ontmoetingen. De vraag dringt zich op of zij misschien in verband gebracht kan worden met terrorisme. Indien positief beantwoord, zou dat een stuk van de flaptekst op de achterzijde van het boek kunnen rechtvaardigen . “Een moslimvrouw uit het Zuiden van Kenia zet hem op een spoor. Het spoor van de ondergang.” Maar zowel Saïda als Peter gaan in het verhaal niet ten onder, zodat ik die tekst als enigszins misleidend moet kenmerken.
Ook in Nederland heeft Peter goede vrienden: Marleen en Sander en hun twee dochters, Julia en Ellen. Sander heeft hem ook een keer in Nairobi opgezocht. In verband met deze twee komt ook de titel om de hoek kijken in de vorm van het konijn POM, hun “gezinsuitbreiding”. Het konijn verscheurt papier en rent nutteloos, maar “met intense voldoening” met de snippers rond. “Peter Flinck kon zijn blik niet van het konijn afhouden. Het beest had zijn doel bereikt. Hij wist het. Het geheim van het leven, zo liet hij huppelend zien, is dat het geen geheim heeft. Het is zoals het is.” De roman eindigt met de dood van POM en Peter die wegloopt, zoals hij al zo vaak heeft gedaan. Daarvoor zijn moeder Eva, OJ en Kees Asten al overleden en is Ton Vermeeten vertrokken. Ook Faith gaat vertrekken naar Canada. Nu heeft hij, op Sander en Marleen na, niemand meer.
Broere heeft eerder (2004) het non-fictieboek Standplaats Nairobi geschreven. Gedeeltelijk is POM dus een fictioneel vervolg op dat boek. In deze periode vindt de aanslag op het winkelcentrum Westgate in Nairobi plaats evenals de verwoesting van de Twin-Towers (9/11). Deze gebeurtenissen komen er enigszins bekaaid vanaf, zeker de laatste. Of heeft die Kenia inderdaad zo weinig in beroering gebracht? Tot slot moet nog vermeld worden de aandacht die de auteur besteedt aan de toenemende politieke instabiliteit in Kenia, culminerend in de slachtpartijen naar aanleiding van de verkiezingen. Terugkijkend op beide boeken geef ik toch de voorkeur aan Standplaats Nairobi, waar de Volkskrant-journalist Broere op z’n best is. De dialogen in de roman blinken niet uit in natuurlijkheid en de overgangen tussen de fragmenten zijn een aantal keren wel erg abrupt. Toch heb ik weinig boeken gelezen waarin het ‘spiegeleffect’ zo treffend in naar voren kwam. Daarnaast is de geoefende pen van Broere goed in staat wat humor in het verhaal te weven. Zijn stijl wijst erop dat hij zelf ook veel plezier aan het schrijven beleefd moet hebben. Bij een tweede lezing kreeg ik, niet meer gehinderd door andere zaken, een veel positievere kijk op dit werk. Maar of iedereen het boek twee keer wil lezen….
Kees de Kievid