Terug naar Afrika
De Benedenrivier – Paul Theroux – Atlas – 336 blz.
In 1963 vertrok de net afgestudeerde Paul Theroux naar het Afrikaanse Malawi, om daar als vrijwilliger bij het ‘Vredeskorps’ Engelse les te geven op een dorpsschool in het zuiden van het land. Hij deed dat twee jaar, daarna werd hij het land uitgezet omdat hij een politieke dissident hielp het land te ontvluchten. Die twee jaren waren het begin van een levenslange liefde voor Afrika. Bijna veertig jaar later, in 2002, was zijn onbevangen idealisme omgeslagen in een sceptische houding. Theroux schreef daarover in Dark Star Safari, het verslag van een reis dwars door het continent, van Caïro naar Kaapstad. De kern van zijn kritiek toen was dat Afrika het lot onvoldoende in eigen hand nam, dat ambitieuze plannen wel werden gemaakt maar nauwelijks gerealiseerd en dat de langdurige steun van internationale hulporganisaties bijdroeg aan die passieve houding in veel Afrikaanse landen.
In De Benedenrivier werkt hij dit gegeven uit in romanvorm. De hoofdpersoon is Ellis Hock, afkomstig uit Medford, Massachusetts. Na het afronden van zijn opleiding gaat hij naar Malawi om als vrijwilliger bij het Vredeskorps – ja, inderdaad – les te geven aan een schooltje in het dorp Malabo, aan de Benedenrivier. Hij voelt zich er volledig op zijn plaats en is er zielsgelukkig. Na bijna vier jaar verlaat hij zijn post halsoverkop om zijn stervende vader op te zoeken. Na de dood van zijn vader neemt hij de leiding over diens herenmodezaak en kleermakerij in Medford. Dat doet hij bijna veertig jaar. Hij trouwt, krijgt een dochter, verdient lange tijd goed geld maar is niet echt gelukkig. Zonder dat hij zich daarvan echt bewust is.
Wanneer door omstandigheden zijn huwelijk op de klippen loopt, zijn dochter voor de zekerheid haar erfdeel opeist en hij vanwege de slechte economische situatie zijn zaak opdoekt en het pand verkoopt, besluit hij terug te gaan naar Malawi, om te zien wat er is geworden van de hoopvolle ontwikkelingen waaraan hij indertijd meewerkte. Maar ook omdat hij zich inmiddels realiseert dat zijn tijd in Malawi de gelukkigste periode in zijn leven was.
Malabo blijkt het tegendeel te zijn van wat Hock had gehoopt aan te treffen. Het schooltje wordt niet meer gebruikt, het gebouw is een ruïne. De leeftijdgenoten die hij kende zijn voor het merendeel overleden – in Afrika ben je eerder oud. De jongeren kennen Hock nog wel uit de verhalen van hun ouders, maar tonen weinig respect voor hem. Ze vinden vooral zijn geld interessant, blijkt gaandeweg. Om die reden bieden ze hem gastvrijheid, een situatie die langzaam maar zeker overgaat in een regelrechte gijzeling. Hock ontmoet in Malabo ook Gala, de vrouw op wie hij veertig jaar geleden verliefd was. Zij opent hem de ogen, waarschuwt hem voor de ware bedoelingen van de dorpsbewoners. Wanneer Hock probeert aan de situatie te ontsnappen, raakt het verhaal in een stroomversnelling.
Theroux schetst een behoorlijk zwart beeld van Malawi. Hij legt de schuld vooral bij de machthebbers, die in naam het beste voorhebben met hun land maar intussen vooral uit zijn op eigen gewin. Armoe, corruptie, honger, aids, weeskinderen: het is een opeenstapeling van slecht beleid en onrecht. Als lezer ontdek je het allemaal door de ogen van Hock, die het aan den lijve meemaakt. Dat levert een verrassend en ook spannend verhaal op. De passages over de kinderdorpen en de voedseldroppings vond ik verbijsterend. Maar het is de realiteit. Helaas.