“Ik wil het verhaal graag zelf beleven”
Renate Mamber (geboren 1970) woont met haar en man en twee kinderen in Zoetermeer. Ze studeerde geschiedenis aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Daarna werkte ze als bedrijfsjournalist en communicatiemedewerker. Nu werkt ze al weer enige jaren als freelance journalist onder andere voor het blad ROM (Rotterdams Onderwijs Magazine) en schrijft jeugdboeken. Ze debuteerde dit jaar bij De Vier Windstreken met Het raadsel van de papegaaien. Lees hier de recensie.
Uit wat voor gezin kom je? Werd er veel (voor)gelezen?
Ik kom uit een gezin met een Nederlandse moeder en een Antilliaanse vader en een oudere zus. Mijn moeder las mij elke avond voor. Het laatste boek dat ze voorlas was In de ban van de ring (Lord of the rings). Dat heeft toen een diepe indruk op me gemaakt. Al mijn opstellen op school gingen dat jaar over magische zwaarden en zoektochten.
Wat waren in je jeugd je favoriete boeken?
Mijn absolute lievelingsboeken waren alle boeken van Tonke Dragt, Meester van de Zwarte Molen van O. Preussler en Het oneindige verhaal van Michael Ende. Later werd ik ook een grote fan van Diana Jones, de schrijfster die volgens mij een grote inspiratiebron was voor R.K. Rowling.
Dit is je debuut bij De Vier Windstreken, maar je hebt al eerder een boek geschreven Bekvechten en bloedvergieten dat in 2010 uitkwam. Waarom zat er zo’n lange tijd tussen het verschijnen van deze twee boeken?
Bekvechten en Boekvergieten was een schrijfwedstrijd voor een historisch jeugdverhaal. Het moest voldoen aan bepaalde eisen en mocht maar een beperkt aantal woorden beslaan. Dat was voor mij als beginnend schrijver goed te behappen. Ik merkte dat ik het lastiger vond om langere verhalen te schrijven. Daarom volgde ik daarna de opleiding Proza voor kinderen bij ScriptPlus. Heel leuk en heel leerzaam! Daar ben ik een paar jaar mee bezig geweest. Het raadsel van de papegaaien was eigenlijk de afsluiting van die opleiding.
Waarom een boek over Port Royal/piraten? Wat was de inspiratie?
Ik had zin om iets leuks en geheimzinnigs te schrijven. Ik stelde me voor hoe een niet erg opvallend jongetje een schat vond en die ging begraven. Van het een kwam het ander. Opeens zat ik in Port Royal tussen de piraten.
Ga je je nu helemaal richten op het schrijven van kinderboeken, of blijf je het schrijven naast je andere werk doen?
Ik zou me graag helemaal op het schrijven van jeugdboeken willen richten, maar de meeste jeugdboekenschrijvers in Nederland verdienen niet zo veel. Dus ik blijf mijn andere werk ernaast doen. Dat is trouwens ook leuk werk.
Je komt ook regelmatig op scholen, las ik, om artikelen te schrijven over het onderwijs. Zo schreef je een stukje over dyscalculie en over de schoolbibliotheek. Wat vind je van de schoolbibliotheek? Is die beter dan de openbare bibliotheek?
Ik vind de schoolbibliotheek een mooi initiatief. Ik help zelf in de bibliotheek op de school van mijn zoon. Daar heb ik de overgang meegemaakt van een schoolbibliotheekje met bij elkaar geraapte boeken, tot de Bieb op School. Dat laatste is een soort filiaal van Bibliotheek Zoetermeer met een met zorg samengestelde collectie boeken. Voor de kinderen maakte dat een groot verschil. Opeens hadden ze veel meer en recentere boeken om uit te kiezen. Ik zag dat ze daardoor met meer enthousiasme gingen lezen. Maar voor veel leerlingen is de keuze toch nog steeds te beperkt. Ik zie bijvoorbeeld dat er voor kinderen nooit genoeg informatieve boeken kunnen zijn, ondanks internet. Dus naar mijn idee blijft een uitgebreide openbare bibliotheek naast de schoolbibliotheek echt een basisbehoefte.
Kostte het moeite om een uitgever voor dit boek te vinden?
Het heeft even geduurd voor ik een uitgever vond. In jullie recensie omschrijven jullie het boek als spannend, mysterieus en soms erg grappig. Voor sommige uitgevers is dat misschien lastig, omdat het niet in een duidelijk hokje te stoppen is. Gelukkig wilde De Vier Windstreken het graag uitgeven.
Hoe ga je bij het schrijven te werk als je eenmaal een idee hebt? Maak je een schema of schrijf je organisch?
Ik schrijf op mijn gevoel. Ik wil het verhaal graag zelf beleven. Ik laat me verrassen. Ik heb wel geprobeerd te schrijven met een schema, maar na een paar bladzijden was er al weer iets gebeurd wat ik niet in mijn schema had voorzien en wat weer een totaal nieuwe reeks aan mogelijkheden opende. Dus die schema’s heb ik maar opgegeven.
Heb je een vaste werkplek om te schrijven en vaste tijden?
Ik heb een bureautje in de slaapkamer, bij gebrek aan een echte werkkamer. Maar meer heb ik niet nodig, hoor. Het liefst schrijf ik dagelijks in de ochtend als mijn hoofd nog leeg is.
Vragen: Corine Gorter en Pieter Feller