Een dapper boek

Ik ga leven – Lale Gül – Prometheus – 348 blz.

Boeken over strenge religieuze culturen hebben vaak iets beklemmends. De onvrijheden waarover geschreven wordt, maken bijna dat je je zelf onvrij gaat voelen. Alsof het lezen over dergelijke, dikwijls gesloten gemeenschappen ook niet is toegestaan. Het kan de lezer zelfs het gevoel geven een voyeur te zijn. Denk aan Een dorsvloer vol confetti van Franca Treur, Knielen op een bed violen van Jan Siebelink en Hannelore. Het meisje uit de sekte van Frank Krake. Ook de autobiografische debuutroman Ik ga leven van Lale Gül, die speelt in de Turkse soennitische gemeenschap, behoort tot deze categorie. De beklemming waarvan sprake is in de andere genoemde boeken, is in deze roman zelfs nog sterker, doordat op elke bladzijde de strijd van de twintigjarige hoofdpersoon Büsra tegen alle regels en wetten die haar worden opgelegd, sterk voelbaar is. In feite is het boek een en al aanklacht.

In de ik-stijl vertelt Büsra over haar leven. Ze studeert Nederlands aan de Vrije Universiteit en is de oudste dochter in een streng islamitisch gezin van Turkse afkomst in de Amsterdamse wijk Bos en Lommer. Haar vader verdient de kost, haar moeder zorgt, zoals de traditie wil, voor de kinderen en het huishouden. Büsra heeft een broer van achttien die rechten studeert, Halil, en een zusje van acht, Defne. Sinds haar achttiende woont ze vanwege ruimtegebrek in het ouderlijk huis bij haar oma, die tegenover liggend appartement bewoont in hetzelfde flatgebouw.

De drie kinderen worden strikt opgevoed volgens de regels van de soennitische richting binnen de islam. Westerse invloeden worden daarbij in hoge mate geweerd. Dat betekent in de praktijk onder meer dat ouders huwelijkskandidaten voor hun kroost uitzoeken, dat kinderen in het weekend verplicht worden de Koranschool te bezoeken, dat bepaalde muziek en films worden verboden net als seks voor het huwelijk, dat verjaardagen niet worden gevierd, dat make-up als duivels wordt gezien net als korte rokjes, enz. enz.

Op de basisschool ontwikkelt de intelligente Büsra al snel een kritische houding ten opzichte van alle regels en verboden, daarbij gevoed door wat ze ziet bij haar klasgenoten. Die dragen andere kleding, doen na schooltijd andere dingen, trakteren als ze jarig zijn, gaan op schoolreis, enz. enz. Büsra’s toevluchtsoord is de bibliotheek, waar ze dankzij een gratis abonnement volop boeken kan lezen. Boeken die haar een bevestigen in haar kritische houding. Haar moeder, die haar vergezelt bij ieder bibliotheekbezoek – onder geen beding mag ze er in haar eentje heen – heeft door haar ongeletterdheid geen weet van wat haar dochter allemaal leest.

Al op jonge leeftijd neemt Büsra geen blad voor de mond wat betreft haar kritiek op het leven thuis. Het is haar bijvoorbeeld een doorn in het oog dat ze als meisje nog minder vrijheid heeft dan haar broer en dat ze verplicht is een hoofddoek te dragen. Keer op keer komt dat terug in discussies met haar ouders, consequent door haar ‘mijn verwekkers’ genoemd. Het leidt vaak tot enorme botsingen, vooral met haar moeder, die aangeduid wordt met termen als ‘potentaat Karbonkel’, ‘Droogstoppel’, ‘Moeder Contraire’, ‘tiranniek, giftige takkenwijf’ en ‘ongekend zure zeverzak’. Ook op de Koranschool, waar ze van haar zesde tot en met zeventiende heen moet, stelt ze de ongelijke behandeling van jongens en meisjes aan de orde. Haar vragen worden als duivels gezien en afgedaan met standaardantwoorden.  

Het wonen bij haar oma geeft Büsra enige vrijheid. Het maakt het contact met haar Nederlandse vriend Freek wat makkelijker en biedt de mogelijkheid om stiekem een bijbaantje in een restaurant te hebben in plaats zoals eerder bij Albert Heijn. Haar moeder houdt Büsra echter nauwlettend in de gaten. Door middel van appjes en telefoontjes controleert ze of Büsra thuis is, welke kleding ze draagt, enz. Regelmatig stormt ze ook het appartement van oma binnen om haar dochter aan te spreken op gedrag, waarmee Büsra de familie te schande zou maken. Heftige verwijten, scheldpartijen en soms zelfs fysiek geweld zijn daarbij aan de orde.

Ondanks alle kritiek en verzet breekt Büsra niet met haar familie, vooral omdat ze haar oma en zusje niet kwijt wil. Wat ze wil, is vrijheid, vrijheid om haar eigen leven te leiden. Een leven dat niet wordt bepaald door de regels van de islam, althans de islam zoals die door haar ouders wordt geïnterpreteerd. Ze ervaart dat leven als een gevangenis. ‘In de bajes hebben ze meer leefruimte dan bij ons thuis’, zegt ze. De spagaat waarin Büsra leeft, valt haar zwaar. Ze raakt steeds meer gestrest, vermoeid, twijfelt soms aan zichzelf en voelt zich dikwijls eenzaam. Uiteindelijk neemt ze een beslissing. ‘Ik ga leven.’

In de persoon van Büsra uit Lale Gül in haar roman bladzijde na bladzijde haar woede over alles wat haar is overkomen, over alles wat ze als onrecht heeft ervaren. Een vlammend betoog. Als lezer voel je haar verzet intens mee. Haar taalgebruik is daarbij over het algemeen direct en beeldend. Soms is echter sprake van enige gekunsteldheid, van taal die afstaat van die van een twintigjarige. Dat is met name het geval wanneer ze theoretiseert over geloofszaken en andere culturele thema’s.

Inmiddels is bekend dat het boek veel stof heeft doen opwaaien in een deel van de islamitische gemeenschap. De aanklacht van Gül is haar niet in dank afgenomen. Niet alleen zou ze de familie-eer te grabbel hebben gegooid met het naar buiten brengen van de vuile was, zoals dat wordt genoemd, ook wordt ze gezien als verrader van de islam, als afvallige. Ze krijgt haatmails en wordt bedreigd. Een en ander grijpt haar zodanig aan, dat ze heeft besloten niet meer te publiceren. In de Volkskrant van 26 februari 2021 schrijft journalist Ashwant Nandram dat Gül haar studie Nederlands zal afmaken en ‘in de vergetelheid’ wil raken. ‘Ze zal een Turkse huwelijkspartner vinden en een gelukkig leven proberen te leiden. Misschien dat ze ooit nog eens de pen oppakt. Maar daar moet ze nu niet aan denken.’ Een schrijnend besluit van een schrijfster die een ongelofelijk dapper boek heeft geschreven.

Janneke van der Veer

 

Boek bestellen!

Andere recensies

Het dagboek van de grote boze wolf – Ben Miller – Vertaling: Tosca Menten – Van Holkema & Warendorf – 240 blz. Wat een hilarisch verhaal, dit dagboek van de grote boze wolf. Aan het begin van het verhaal is de winter net afgelopen...
Lees verder Categorie: Humor, Kinderboeken
| Reageer!
Wij van de Ripetta – Tomas Lieske – Querido – 231 blz. In deze roman laat Lieske de Engelse schrijver en toneelspeler William Shakespeare naar Rome reizen. In werkelijkheid is hij daar nooit geweest, maar het levert een verrassend boek op als Shakespeare daar...
Lees verder Categorie: Literatuur, Roman
| Reageer!
Het jaar van Bonk – Tiny Fisscher – Illustraties: Sophie Pluim – Volt – 314 blz. Wanneer Finn de nieuwe buurt vanuit een kastanjeboom door zijn verrekijker verkent, wordt hij ruw verstoord door Zwaan die het niets vindt om bespied te worden door een...
Lees verder Categorie: Boek van de week, Kinderboeken
| Reageer!