Geschiedenisles van Jan Bernd Bicker
De geschiedenis volgens Bicker 1746 ˗ 1812 – Mariëlle Hageman – Van Oorschot – 270 blz.
De familie Bicker is prominent aanwezig in onlangs verschenen boeken, zoals Wij zijn de Bickers! van Simone van der Vlugt. In de zestiende en zeventiende eeuw oefenden ze veel gezag uit in Amsterdam. Zeer bekend zijn Gerrit Bicker, medeoprichter van de VOC en Andries, burgemeester van Amsterdam. De protagonist van dit boek, Jan Bernd, is een rechtstreekse afstammeling. Hij bezat een eigen archief en ook zijn familie had er een. De stukken uit dat laatste zijn verdeeld over het Stadsarchief Amsterdam en het Nationaal Archief van Den Haag. Daarnaast vond Hageman interessant materiaal in Alle Amsterdamse Akten. Door te putten uit die bronnen en belangrijk ook, uit zijn dagboeken en brieven, beschrijft ze zijn leven.
Goed om te weten is dat Hageman nadrukkelijk stelt dat dit boek geen biografie is. “Het is een persoonlijk verhaal, dat tegelijkertijd de geschiedenis van een enerverende periode – in Nederland, in Europa, in Amerika – vertelt, vanuit Bickers eigen perspectief. “ Vandaar ook het woord “volgens” in de titel. De keuze van de auteur levert dan ook een mengeling op van historische feiten en de interpretatie daarvan door Jan Bernd. Het verhaal beslaat vijf delen, een indeling die is ingegeven door het gebruik van de diverse bronnen, voorafgegaan en afgesloten door een proloog en een epiloog.
JBB werd op 27 augustus 1746 in Amsterdam geboren. Hij studeerde filosofie en rechten in Utrecht. Zijn familie leed zeker niet aan geldgebrek. Zijn grootvader leende zelfs geld aan de Russische tsaar. Er volgt een glanzende carrière. Hij werd bewindhebber bij de West Indische Compagnie en schepen van Amsterdam. Hij bemoeide zich uitgebreid met de onderhandelingen die leidden tot de onafhankelijkheid van de VS. Toen kwam er een kentering. In 1787 vielen de Pruisen ons land binnen, mede veroorzaakt door de aanhouding van prinses Wilhelmina van Pruisen bij de Goejanverwellesluis. In de roerige tijd die volgde was er sprake van een ernstig conflict tussen de patriotten en de orangisten. Willem V werd in zijn macht hersteld en de vroedschappen werden gezuiverd van patriotten. JBB was een republikein en fel voorstander van hervormingen van het staatsbestel en daarmee tegenstander van Willen V van Oranje. Maar hij was zeker geen radicale patriot, zoals Coert Lambertus van Beyma en Joan Derk van der Capellen tot den Pol, die een veel radicalere hervorming van het staatsbestel voorstonden dan hijzelf.
JBB was zijn leven niet zeker en vluchtte. Eerst belandde hij in Brussel, daarna in Parijs en Zwitserland. Hij bleef ruim zeven jaar in vrijwillige ballingschap. Na de Franse inval in 1795 werd hij teruggeroepen en werd weer lid van het bestuur van Amsterdam en gekozen in de Nationale Vergadering. Op 22 januari 1789 vond echter een staatgreep plaats door de Unitariërs (de radicalen) en JBB wordt als hun tegenstander gevangen gezet. Na zijn vrijlating enige maanden later is hij nog lid geweest van het Nationaal Syndicaat en het Staatsbewind. Als republikein is zijn rol uitgespeeld als Lodewijk Napoleon staatshoofd wordt van het Koninkrijk Holland, vervolgd door de inlijving in het Franse Keizerrijk. Na een slepende ziekte overlijdt hij in 1812 in het bijzijn van zijn vijf kinderen.
Het boek is een treffend voorbeeld van verhalende non-fictie. Hoewel een minder toegepaste manier, levert het wel een intrigerend verhaal op. JBB schrijft over gebeurtenissen die hebben plaatsgevonden en veel minder over zichzelf. Daardoor blijft hij enigszins in het vage. In een dagboek zouden persoonlijke ontboezemingen kunnen staan; echter niet bij hem. Wat er nu wel is, zouden we een persoonlijk gekleurde geschiedenisles kunnen noemen, geschreven vanuit patriottisch gezichtspunt. Dus de Oranje-kant komt er nogal eens uit tevoorschijn als kwade genius. Ook de ellendige omstandigheden waaronder het gewone volk in die tijd leefde, zijn hierdoor onderbelicht: het was zwaarder dan Hageman laat voorkomen. De auteur laat andere inzichten uit de periode zelf en tot nu toe gemakshalve weg. Door deze keuze is het een onvolledige geschiedenisles geworden, maar met de kant die ze wel belicht, levert ze een voortreffelijk stuk werk af. Ik neem haar die eenzijdigheid zeker niet kwalijk. Haar inlevingsvermogen verdient een groot compliment evenals de stijl waarin ze schrijft. Het is ook voor leken uitstekend te volgen. Wie over andere aspecten meer wil weten, die kan in andere werken en op het web genoeg vinden.
De “Verantwoording” beslaat maar liefst drieënveertig bladzijden. Er is lang niet alles gebruikt van wat de auteur heeft vergaard. Het zou fantastisch zijn als Hagemans aanzet en de inhoud van de desbetreffende archieven, de basis zouden kunnen zijn van een echte biografie van Jan Bernd Bicker én zijn tijd. Inclusief gegevens uit de eerste hand over Napoleon (die hij ontmoet heeft) en de onafhankelijkheid van de VS.
Kees de Kievid