Boeiende gekkies
Heimwee naar een andere wereld – Ottessa Moshfegh – Vertaling:Tjadine Stheeman en Lidwien Biekmann – Hollands Diep – 251 blz.
Het vierde verhaal in deze bundel met korte verhalen heet Gekkies. In feite zou die titel boven elk verhaal kunnen staan, want de hoofdpersonages zijn allemaal in meer of mindere mate gestoord. Ze zijn heel afwijkend van de norm, maar hebben dat zelf vaak niet in de gaten. Soms zijn ze wel onzeker, zoals meneer Wu in het tweede verhaal. Wu is een vrijgezelle Chinees die behoorlijk eenzaam is en elke dag gaat gokken in een speelhal. Hij wordt verliefd op de dame achter de kassa, die hem echter helemaal niet ziet staan. Zonder emotie verkoopt ze hem de dagpas om te spelen. Het enige dat ze zegt is de obligate zin: “Hoe gaat het met u, meneer Wu?” Hij wil dan wel antwoorden dat hij verliefd op haar is, maar dat durft hij niet. Hij achterhaalt haar telefoonnummer en stuurt haar een sms’je. Ze maken een afspraak zonder dat zij weet dat die date met Wu is. Maar als het afspraakje gemaakt is, observeert hij haar weer in de speelhal en vindt haar eigenlijk steeds minder mooi worden.
In bijna elke bundel zit wel een verhaal dat minder aansprekend is, maar dat kan ik van de verhalen van Moshfegh niet zeggen. Elke zin heeft ‘inhoud’. Dat wil zeggen dat hij interessant is om te lezen en vaak ook heel karakteriserend voor de hoofdpersoon. In het verhaal Dansen in het maanlicht zegt Mosfegh dit over een jonge vrouw. “Telkens als ik Lacey zag, was ze weer drie kilo aangekomen. Ze werd zo’n obees meisje met een kapsel als een pin-up uit de jaren veertig en felrode lippenstift, een blauw gestippelde jurk met een wit kraagje, en kleurrijke tattoos op haar enorme samengeperste decolleté, alsof we door al die afleidingsmanoeuvres niet zouden merken hoe dik en ongelukkig ze was geworden.”
In dit verhaal ontmoet de hoofdpersoon een vrouw op een rommelmarkt die meubels verkoopt. Zonder dat we weten waarom, neem hij zich voor om haar te trouwen. Hij mailt haar over een poef die hij gerepareerd wil hebben, maar die hij niet in zijn bezit heeft. Omdat ze reageert op zijn mail, maakt hij een lange reis met de bus om zo’n poef op de kop te tikken. Hij betaalt er veel te veel voor en moet zelfs zijn sjaal en winterjas afstaan om de poef te verwerven.
Vaak zijn er twee hoofdpersonages die nogal van elkaar verschillen en regelmatig bespeur je een onderhuidse seksuele spanning. Zoals in het verhaal Er gebeurt nooit iets. In dat verhaal is een jongeman vanuit Gunnison naar Californië verhuisd om acteur te worden. Een agent, Bob Sears, die hij nooit heeft gezien, heeft hem een kamer bezorgd bij de oude joodse mevrouw Honigbaum. Mevrouw Honigbaum loopt de hele dag in haar peignoir en schrijft een roddelrubriek in de plaatselijke krant met aan haar voeten een grote witte poedel. Zij ontfermt zich op moederlijke wijze over de acteur in spe en troost hem soms.
“Ze wiegde mijn hoofd en drukte mijn wang tegen haar laaghangende borsten.”
Mevrouw Honigbaum stimuleert hem en regelt een auditie voor een reclamefilmpje. De lezer weet al van het begin af aan dat de jongeman nooit acteur zal worden. De regisseur merkt bij de auditie het volgende op.
“’Heb je altijd puisten tussen je wenkbrauwen?’
‘Alleen soms,’ antwoordde ik. Ik probeerde hem aan te kijken, maar de lampen waren te fel. Het was alsof ik naar een zonsverduistering keek.
‘Je hebt wat aan je oog, wist je dat?’ zei hij.
‘Ja, ik heb een lui oog.’
‘Daar moet je iets aan doen,’ zei hij.”
Er zijn mensen die het gras al voor de voeten van de recensenten hebben weggemaaid, zo zegt schrijver David Sedaris: “Ik kan me de laatste keer dat ik zo hard om een boek heb gelachen niet herinneren. Ik was zowel geschokt als verbijsterd. Ze is briljant, deze jonge auteur.”
Daar kan ik weinig aan toevoegen. Moshfegh schrijft bizarre, authentieke verhalen in Heimwee naar een andere wereld met personages die ik niet snel zal vergeten.