Het behoud van de monarchie?
Monarchie. Koningshuizen in Europa vanaf 1940, geschiedenis, uitdagingen en overlevingskansen – Kemal Rijken – Ambo|Anthos – 501 blz.
Boekenplanken vol zijn er geschreven over vorsten, vorstinnen en ‘aanhangende’ figuren. Er bestaat zelfs een tijdschrift Vorsten. Het “is een Nederlandstalig tijdschrift over vorsten en vorstelijke families. Het gaat hierbij vooral om “regerende” monarchen: Europese koninklijke families, de Japanse keizerlijke familie, de groothertogelijke familie van Luxemburg”, zegt Wikipedia. Toch is het niet terug te vinden in de literatuurlijst van Rijken. Maar hij behandelt wel hetzelfde onderwerp, meer wetenschappelijk, alhoewel sappige anekdotes een deel van het boek vullen. Daarbij speelt de geschiedenis van de meeste vorstenhuizen de grootste rol. Over ons eigen koningshuis vinden we de meeste kritische beschouwingen. De uitdagingen en de overlevingskansen uit de ondertitel spelen ook een belangrijke rol en verhouden zich als oorzaak en gevolg: als de vorstenhuizen geen uitdagingen aangaan, zal de overlevingskans erg klein worden. Dat mogen we wel als de conclusie van de auteur beschouwen. De vraag is hoe hij daartoe komt.
Ten eerste verdient Rijken een compliment voor de intensieve studie van bronnenmateriaal. Die bronnen betreffen zeker niet altijd geschreven publicaties, maar de auteur heeft een groot aantal deskundige personen, inclusief leden van vorstelijke families [o.a. een interessant gesprek met ‘koning’ Simeon II van Bulgarije] , geïnterviewd en “achtergrondgesprekken” gevoerd. De lijst daarvan aan het einde van het boek getuigt van het grote aantal. Daarnaast heeft de auteur “in een aantal landen gewerkt met collega’s en kennissen. Vrijwillig lazen zij onder meer boeken en artikelen in een taal die ik niet machtig ben. Die vatten zij dan samen zodat ik eruit kon putten.”
Rijken behandelt de vorstenhuizen van Scandinavië, de Benelux, Groot-Brittannië, Monaco, Liechtenstein, Italië en de Balkan, in totaal twaalf monarchieën. Hij beschrijft van alle hun oorsprong c.q. stichting en maakt daarbij onderscheid tussen de premoderne, Denemarken, Noorwegen, Zweden en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland aan de ene kant en de gestichte monarchieën van Nederland, België. In Spanje liggen de zaken nog ingewikkelder, vanaf 1479 (personele unie van Castilië en Aragon) tot aan de huidige situatie. Daarbij is opvallend dat er grote verschillen zijn ontstaan: van directe invloed tot louter ceremonieel. Nu blijkt ook dat de geschiedenis van de vorstenhuizen parallel loopt met ontwikkelingen in historische en religieuze gebeurtenissen. Frappant om te lezen hoe koningin Elisabeth II telkens ‘opduikt’. Zij zat dan ook de gehele tijdsperiode van dit boek op de Britse troon!!!
Een ander onderwerp dat Rijken niet links kan laten liggen, is de religie. In tegenstelling tot de ontkerkelijking bij de bevolking in de desbetreffende gebieden, laat de auteur zien dat er bij de vorstenhuizen zeker geen sprake is van een negeren van het geloof. Soms bijna geheel gericht op de uiterlijke schijn, maar ook uit innerlijke overtuiging van een monarch. Hij vertelt hoe koning Boudewijn elke dag voor het volk bad. Wat als religie en democratie op elkaar stuiten? Opvallend is dat de Europese vorstenhuizen sterk met elkaar verstrengeld zijn. Onderlinge huwelijken, zij het niet al te dichtbij!, komen geregeld voor. Ons koningshuis vormt daarop een uitzondering, hier komen huwelijke voor met voornamelijk de Duitse lagere adel.
De indeling van Rijkens studie is niet consistent. Geschiedenis heeft een chronologisch verloop, dat grotendeels door de auteur wordt aangehouden. Daardoor is het een voordeel de zaken gemakkelijk met elkaar te vergelijken. Dat geldt voor de politiek, maar ook voor maatschappelijke zaken, waarvan de auteur bijvoorbeeld even stilstaat bij de aanvaarding (of niet) van euthanasie en abortus. Maar vergelijkbare zaken vinden niet altijd gelijktijdig plaats. Rijken ‘schippert’ in die gevallen met de chronologie en behandelt zaken ook thematisch. Mooi is dat te zien in hoofdstuk 10 Politieke spelers, waarin Rijken stelt dat monarchen achter de schermen politieke invloed nastreefden, maar het driemanschap koningin Beatrix, koning Boudewijn en groothertog Henri zich soms “als politieke spelers [hebben] gemanifesteerd. Wat apart staat in de geschiedenis, behandelt Rijken ook apart, zoals over de afgezette Balkanmonarchen die hun troon terug wilden hebben, in hoofdstuk 9.
De indeling van de hoofdstukken zelf is zeer consequent. Elk hoofdstuk begint met een inleiding (afwijkend gedrukt) en eindigt met een “Ten slotte” als een soort samenvatting. Helaas, luie lezers die zich tot die stukjes willen beperken, missen veel te veel van allerlei wetenswaardige zaken die het boek bevat. Veel opsommende stukjes geschiedenis kunnen op den duur saai worden. Rijken voorkomt dat door niet uitsluitend met (saaie financiële) feiten te werken, maar ook sappige anekdotes te gebruiken om het de lezer naar ’t zin te maken.
Lezers die de vorstenhuizen op de voet volgen, en dat zijn er nogal wat, zullen niet veel nieuws in het boek van Rijken vinden. Daar tegenover staat dat alles nu overzichtelijk bij elkaar gebundeld is beschreven en voor nieuwelingen op dit gebied een grote schat aan informatie bevat. Zeker liefhebbers van de televisieserie “The Crown” moeten dit boek maar eens gaan lezen om feit en fictie in de serie goed te kunnen onderscheiden!
De vraag of monarchieën nog toekomst hebben wordt door Rijken niet definitief beantwoord. Wel stelt hij dat dit volkomen afhankelijk is van de monarchen zelf. De afstand tot de gemiddelde onderdaan zal zeker verkleind moeten worden. Ook moet de inzichtelijkheid in alle zaken die een koning (koningin) betreffen veel groter worden. Economisch valt er zeker wat te halen als vorsten zich aansluiten bij handelsmissies, dat geeft in bepaalde regio’s extra aanzien.
We zijn dus zeker benieuwd naar een vervolg over pak weg vijftig jaar.
Kees de Kievid
Boek bestellen!