De vader van de moderne heelkunde
De kunst van het snijden – Lindsey Fitzharris – Vertaling: Herman Meester – Uitgeverij Unieboek/Het Spectrum – 302 blz.
Op 21 december 1846 amputeerde de Engelse chirurg Robert Liston in de bomvolle operatiezaal van het University College Ziekenhuis in Londen het rechterbeen van Frederick Churchill. De ingreep duurde welgeteld 28 seconden. De patiënt zelf voelde niets van deze ingreep. Hij was immers verdoofd met ether. Na deze ingreep zou de chirurgie nooit meer dezelfde zijn. Maar nog één aspect verhinderde de patiënten een vlotte genezing: het gevaar voor infectie. Onder de aanwezigen in de operatiezaal was een jonge student die zijn leven zou spenderen aan het vinden en remediëren van de oorzaken van besmetting. Zijn naam was Joseph Lister.
Lister werd geboren in een familie van zeer geloofstrouwe quakers. Zijn vader Joseph Jackson had bekendheid verworven door een achromatische lens te ontwikkelen voor een microscoop waardoor de storende lichtkrans rond het te bekijken voorwerp verdween. Zijn zoon krijgt een grote bedrevenheid in de microscopie. Dit instrument zal een essentieel voorwerp worden bij zijn latere ontdekkingen. Op zijn zeventiende staat het besluit van Joseph Lister vast: hij zal geneeskunde gaan studeren in Londen.
De chirurgie was in het Victoriaanse tijdperk een bloederige aangelegenheid. De beschrijvingen van wetenschapsjournalist Fitzharris van operaties uit die tijd hebben dan ook veel weg van een horrorboek waar het bloed net niet uit de bladzijden komt gespat. Chirurgen voerden amputaties uit in een halve minuut. De opkomende industrialisatie met zijn arbeidsongevallen gekoppeld aan de slechte levensomstandigheden vormden bovendien een bron van toenemende chirurgische interventies zo benadrukt de auteur. Ook geslachtsziekten zoals syfilis tierden welig. Vrouwen genoten weinig bescherming tegen geweld van hun echtgenoot. Lister zal zijn eerste operatie uitvoeren op Julia Sullivan. Deze jonge vrouw was haar drankzuchtige man ontvlucht. Maar die zocht haar op en diende haar een messteek toe. Lister kon de vrouw redden en zijn getuigenis leverde de dader een tocht naar de strafkolonie Australië op. Enkele reis.
Lister twijfelt echter heel erg of hij wel effectief chirurg wil worden en gaat naar Edinburgh bij de bekende hoogleraar James Syme. Het klikt goed tussen beide mannen en Lister huwt zelfs met Agnes, de dochter van Syme. De hygiënische omstandigheden waren zeer slecht in de toenmalige ziekenhuizen. Chirurgen gebruikten bij operaties van verschillende patiënten dezelfde instrumenten zonder deze te ontsmetten. Op een bepaalde dag komt Lister, die ondertussen professor is in Glasgow, in contact met het werk van Louis Pasteur. Hij doet de experimenten van de Fransman over in verband met diens methode om micro-organismen te vernietigen door filtratie, blootstelling aan hoge temperaturen of aan bepaalde chemische substanties. Lister ontdekt dat een stof als fenol een afdoend antisepticum is. De antiseptische heelkunde is geboren.
Nochtans waren er in de jaren voordien al artsen geweest die gewezen hadden op het belang van een goede hygiëne. Zo had twintig jaar eerder de Hongaarse arts Ignaz Semmelweis in Wenen het sterftecijfer door kraamvrouwenkoorts drastisch naar beneden weten te halen door het personeel te verplichten de handen te wassen met chloorhoudend water. Hij was echter niet in staat zijn collega-artsen te overtuigen dat de koorts te maken had met een besmetting die door contact met de lichamen van overledenen werd overgebracht. Tot grote frustratie van Semmelweis die uiteindelijk in een psychiatrische instelling werd opgenomen.
Fitzharris besteedt in haar meeslepend verhaal de nodige aandacht aan de mens Lister. Zeker als jonge man was hij heel verlegen en had hij last van stotteren. Bovendien woog zijn overweldigende verantwoordelijkheidszin als een zware last op zijn gemoed. De studenten aanbaden hun leraar. Naar zieken toe paste hij zelf consequent zijn eigen gouden regel toe: ‘Elke patiënt, zelfs de meest ontaarde, moet met dezelfde zorg en achting worden behandeld als ware hij de prins van Wales zelve.’
Het niet-geïllustreerde boek van Lindsey Fitzharris is een combinatie van enerzijds een biografie van Lister en anderzijds een relaas van de fascinerende zoektocht van de wetenschap naar de oorzaken van sepsis, bloedvergiftiging als gevolg van de reactie van het lichaam op (meestal) een bacteriële infectie. Via de notenlijst geeft de auteur telkens goed haar bronnen weer. Een index ontbreekt.
De naam Lister leeft vandaag verder in de benaming van de Listeria-bacterie en het mondspoelwater Listerine. Voor wie meer wil te weten komen over de pionier van de antiseptische methoden in de heelkunde is dit boek een absolute aanrader. Een mooi eerbetoon aan de chirurg-wetenschapper maar zeker ook aan de mens Joseph Lister.
Kris Muylle