Een eigenzinnig meisje van 16

Altijd Augustus – Maria Barnas – Van Oorschot – 188 blz.

Het is zomer 1989. Augustus Antenne woont met haar moeder ergens tussen Bergen en Schoorl. Haar vader is vertrokken op zoek naar een beter of ander leven. Haar moeder wil dat niet accepteren. Moeder is toch iemand die de kop in het zand steekt. Als Augustus vertelt dat ze een spreekbeurt wil houden over het boek De Duivelsverzen

Altijd Augustus is een roman met veel lijnen. De familielijn waarin Augustus’ relatie wordt geschetst met haar moeder die urenlang een pianostuk instudeert of meubels verplaatst. Haar zus Willemijn die het huis uit is, maar als ze er even is, zich opstelt als een bemoeizuchtige moeder. De lijn met haar vader, die gesproken brieven aan Augustus stuurt, die ze afluistert op een cassetterecorder. De lijn van de vriendschap met Vita, gecombineerd met Anorexia.

Dan is er natuurlijk de lijn van de spreekbeurt over De Duivelsverzen en Augustus’ fantasie dat in het schuurtje achter haar huis Salman Rushdie zit ondergedoken. Ze brengt regelmatig voedsel, beddengoed en boeken naar het schuurtje, offers aan een onzichtbare man. Op school is er Musa, een Turkse jongen die niet wil dat het boek besproken gaat worden. Hij verbrandt zelfs een exemplaar van De Duivelsverzen op het schoolplein.

“’Heb je het wel gelezen?’ vroeg ik hem.
‘Nee, natuurlijk niet,’ zei Musa. ‘Wat denk je nou. Dat boek is het kwaad zelve! Rushdie vergelijkt de vrouwen van Mohammed met hoeren, en Mohammed noemt hij Mahoen.’
‘Maar die hoeren zijn goed,’ hoorde ik mezelf zeggen. Het klonk anders dan ik had bedoeld.
Ik heb Musa proberen uit te leggen dat Rushdie nu juist inzichtelijk maakt dat het kwaad niet bestaat als vaste vorm. Iedereen die zich eens overgeeft aan het kwaad kan bezeten raken van het goede en omgekeerd.”

In de gesproken brieven probeert haar vader Augustus te laten nadenken o.a. over kunst en architectuur. Er komen kunstenaars langs als Yves Klein. Thomas Chatterton, Buster Keaton, Le Corbusier en de verdwijnkunstenaar Bas Jan Ader.

De hele roman is in de eerste persoon geschreven, alleen het laatste hoofdstuk, de spreekbeurt, staat in de derde persoon. De spreekbeurt heeft als ondertitel: ‘Hoe Augustus Antenne een huis werd.’

“’De volgende dag maakte Augustus een afspraak bij de huisarts om haar toestand te bespreken.
De arts wist niet wat hij moest zeggen toen hij een klein appartement zijn spreekkamer zag binnenkomen. Het was een lichte ruimte, met hoge ramen. Er lag een houten vloer en aan de muren hingen schilderijen, zeefdrukken en ansichtkaarten die gedachten uitlokten aan andere landen, andere levens.
Er viel eigenlijk niets op aan te merken.’”

Aan dit geciteerde fragment is duidelijk te zien dat Maria Barnas naast romans ook dichtbundels schrijft. Barnas’ stijl is niet heel toegankelijk. Altijd Augustus is een boek dat net als een gedicht geconcentreerd gelezen moet worden. Het is een mozaïek van verhaallijnen die samen een beeld vormen dat voor elke lezer anders zal zijn.

Pieter Feller

Andere recensies

Is dit alles? Sanna is getrouwd en moeder van een tweeling. Ze is uitgekeken op haar huwelijk. Tijdens een etentje met haar man, Peter, merkt ze hoe ze genoeg heeft van alles. Ze is moe, onaardig tegen haar man en kinderen en het leven...
Lees verder Categorie: Boek van de week, Roman
| Reageer!
Een verstoorde idylle Al vele zomers komen drie gezinnen – twee Nederlandse en één Spaanse – samen op een berg in de Franse Pyreneeën om vakantie te vieren. Ze leven er bijna als één grote familie: de deuren staan altijd open, de dagen zijn...
Lees verder Categorie: Roman
| Reageer!
Europa onder Breda’s muren Tussen het begin van de Tachtigjarige Oorlog in 1568 en het beleg van 1624 kende Breda een bijzonder woelig bestaan. De stad was gelegen in het hertogdom Brabant, een grensgebied tussen Noord en Zuid. De stad vormde een twistappel die...
Lees verder Categorie: Geschiedenis, Non-fictie
| Reageer!