Klein verhaal over complexe problematiek

Huiswerk  – Marja Pruis – Nijgh & Van Ditmar – 214 blz.

Marja Pruis is schrijver, columnist en redacteur van De Groene Amsterdammer. Zowel haar romans als essays zijn tot nu toe goed ontvangen. In 2002 verscheen haar debuut: Bloem, een novelle over lust, seks en de afstand tussen twee mensen in een liefdesrelatie. Haar tweede roman, De Vertrouweling (2005), gaat eveneens over de afstand tussen mensen in een intieme relatie. Deze roman werd genomineerd voor de AKO Literatuurprijs en de Anna Bijns Prijs. Haar roman Zachte riten (2016) kreeg een plaats op de shortlist van zowel de Libris Literatuur Prijs als de ECI Literatuurprijs. Voor haar literatuur kritische werk Kus me, straf me (2016) ontving ze de Jan Hanlo Essayprijs.

Vrijwel al het werk van Marja Pruis gaat over relaties. Dat is ook het geval in de onlangs verschenen roman Huiswerk, die uit drie delen bestaat. Hoofdpersoon is Clara Feij, werkzaam bij een opinietijdschrift. Met de keuze van die werkkring blijft Marja Pruis dicht bij zichzelf. Clara is getrouwd met Hartog en moeder van twee volwassen kinderen, zoon Cosmo en dochter Lynn, die niet meer thuis wonen. Clara en Hartog wonen in, wat Clara noemt, het mooiste huis van Amsterdam. Aan financiële middelen ontbreekt het het stel niet.

Het poetswerk in huis laten Hartog en Clara over aan een huishoudelijke hulp. Echt gemakkelijk lijkt Clara zich daar niet bij te voelen. ‘Het is een stoet aan werksters die ik aan me voorbij heb laten trekken, veel voor iemand die nog steeds niet goed weet hoe ze dekking moet zoeken als er hier iemand binnenkomt die tegen betaling iets doet waarvoor ze zelf kennelijk geen tijd wil vrijmaken. Mijn hele lichaam komt in een verontschuldigende kramp terecht, ik koop bloemen, bedenk offerandes.’

De buitenlandse Rose is de zoveelste werkster die in huize Feij aantreedt. Clara vindt haar interessant en aardig, ook al snapt ze niet veel van Rose. Ze wil zonder vooroordelen naar haar hulp ‘blijven kijken en luisteren’. Ze wil haar kennen, en vooral ook wil ze Rose vertrouwen. Er gebeurt echter van alles waardoor dat vertrouwen soms een deuk(je) oploopt. Allereerst wil Rose graag zwart worden betaald, omdat ‘het beter was voor haar’. ‘Wat voor jou gunstig is’, is de niet-veroordelende reactie van Clara. ‘Niet dociel, maar gewoon. Wie ben ik om dit voor haar te kunnen beoordelen.’ Een bewust antwoord dus. Toch doet de reactie vermoeden dat Clara mogelijk wel vragen heeft bij dit verzoek van Rose, maar dat niet wil laten blijken. Ook niet aan zichzelf. Goed mens als ze wil zijn, legt ze zichzelf een open houding op. Als haar kapper zijn wantrouwen ten aanzien van Rose uitspreekt, denkt Clara: ‘ik ben niet zo’n vijanddenker. En ik ben er trots op dat ik dat denk.’

Meegaan in wat Rose wil, tekent de verhouding tussen Clara en haar hulp. Als Rose laat weten dat ze liever op een andere dag of ander tijdstip komt, vindt Clara dat prima, ook al komt dat niet zo goed uit. Ook anderszins wil ze Rose, een alleenstaande moeder met een baby van een halfjaar en een veertienjarige dochter ‘in het land waarvan ik de naam dus niet meer zeker weet’, zo veel mogelijk tegemoetkomen. Op verzoek van Rose bewaart Clara bijvoorbeeld het door haar verdiende geld. En ze geeft Rose regelmatig iets extra’s, zoals met Kerst een uitgebreid kerstpakket. Aan goede bedoelingen bij Clara geen gebrek.

Die goede bedoelingen komen onder druk te staan als er in de nacht voor Kerst bij Clara en Hartog wordt ingebroken, waarna de enveloppe met het geld van Rose blijkt te zijn verdwenen. Braaksporen zijn er niet, het moet dus iemand zijn geweest die de sleutel had. Terwijl de omgeving van Clara met openlijke verdachtmakingen aan het adres van Rose komt, wil Clara niet geloven dat Rose de dader is. Maar mocht dat wel zo zijn, dan heeft Rose er vast een goede reden voor gehad. Clara weigert haar vertrouwen in Rose op te geven.

Een en ander stelt haar echter wel voor een aantal dilemma’s. Moet ze Rose een nieuwe enveloppe met het gespaarde bedrag brengen? Als Rose het niet heeft gedaan, heeft ze daar immers recht op. En moet ze Rose ontslaan, ervan uitgaande dat die de dader is? Ze volgt hierin de ene keer haar intuïtie, de andere keer de raad van anderen. In het laatste, minst lange deel van de roman, komt het uiteindelijk tot een soort ontknoping. Maar eigenlijk ook weer niet. Er blijkt dan een nieuw dilemma te zijn.

Een open einde dus. En dat is een einde dat geheel past bij de complexe problematiek die de roman aan de orde stelt. In hoeverre is de onbevangenheid die Clara van zichzelf verwacht tegenover Rose echt en gemeend? Of is die onbevangenheid slechts een dun laagje? In hoeverre is sprake van een politiek-correcte houding? Pasklare antwoorden zijn er niet, dergelijke vragen roepen vooral verwarring op. En juist die verwarring is voelbaar aan het eind.

Het verhaal over Clara en Rose is niet groot, het zou in enkele bladzijden kunnen worden verteld. Het wordt echter voortdurend onderbroken door de beschrijving van vele andere gebeurtenissen en vooral ook bespiegelingen. Dergelijke uitstapjes, die de roman rijk maken, hebben een tamelijk associatief karakter. Het zijn gedachten over relaties tussen ouders en kinderen, over schrijven, de omgang met stagiaires, over impulsief koopgedrag, de klimaatcrisis, enz. enz. Schijnbaar losse stukjes zonder direct verband, toch draait het steeds om hetzelfde. In de context van een voortdurend veranderende samenleving staat de moderne (goed opgeleide) mens centraal, en vooral hoe die mens zich verhoudt tot zijn medemens, in het bijzonder tot mensen uit andere culturen. Hoe kan op een open en gelijkwaardige manier met elkaar worden omgegaan?

Marja Pruis heeft met Huiswerk een intrigerende, knap geconstrueerde roman geschreven over actuele menselijke relaties. De talrijke verwijzingen naar andere literaire werken, in het bijzonder de roman Mrs. Dalloway van Virginia Woolf uit 1925 (waaraan ook het motto van Huiswerk is ontleend), geven daarbij het verhaal een extra laag.

Janneke van der Veer

Boek bestellen!

Andere recensies

Breydel – Lisa Demets – Uitgeverij Vrijdag – 265 blz. Op 11 juli 1302 versloegen de volksmilities van enkele Vlaamse steden het prestigieuze Franse ridderleger nabij de stad Kortrijk. De onverwachte nederlaag sloeg in als een bom. Na de slag verzamelde de Vlaamse coalitie...
Lees verder Categorie: Geschiedenis, Non-fictie
| Reageer!
Zo voelt het om een vogel te zijn – Tim Birkhead – Illustraties: Catherine Rayner – Vertaling: Steven Blaas – Lemniscaat – 48 blz. Informatieve boeken zijn bijna nooit heel geschikt om voor te lezen. Zo voelt het om een vogel te zijn is...
Lees verder Categorie: Dieren & Natuur, Non-fictie
| Reageer!
Lilly, Hanna en de zeven omaatjes – Elsa Paulson – Vertaling: Mijke Hadewey van Leersum – 32 blz. Wat een leuke en intrigerende titel, dacht ik toen ik dit boek kreeg aangeboden. Het is het prentenboekendebuut van Elsa Paulson. Ze is een Zweedse illustrator...
Lees verder Categorie: Prentenboek
| Reageer!