Barbara de Wolf voelde de troostende kracht van kunst

Ongeveer vijfentwintig jaar geleden is Barbara de Wolf begonnen met haar werk als illustrator. Ze studeerde psychologie, maar liep een beetje vast. Toen is ze begonnen met het ontwerpen van kaarten en heeft haar werk opgestuurd naar uitgeverijen. Daar zagen ze dat ze een bijzonder talent had. Ze vindt dat ze een heleboel geluk heeft gehad, omdat haar werk eruit is gepikt. Ze illustreerde tot nu toe boeken van o.a. Tiny Fisscher, Bette Westera, Tamara Bo, Stefan Wolters en Barbara Jurgens.  Een prentenboek dat ze zelf schreef en illustreerde is Kleintje, een grappig dierenboek over tellen. Ze heeft een man en drie kinderen.

Was je als meisje al veel aan het knutselen en tekenen?

Ja, ik vond het heel fijn om iets te maken. Te bedenken. Op de middelbare school vond ik tekenen ook een mooi vak, het enige vak waar ik graag ook in mijn vrije tijd aan werkte. Ik zat op het VWO en helaas kon je toen nog geen tekenen kiezen als vak. Vreemd eigenlijk.

Was je een buitenspeelkind of zat je vaak binnen te lezen en te tekenen?

Eigenlijk beide, ik hield van rennen en in de buurt balletje trappen etc. Maar op vrijdag ging ik altijd naar de bieb en boeken voor het weekend halen. Ik hield enorm van lezen. Kon hele zondagen binnen zitten omdat ik een boek niet neer kon leggen.

Wat waren je favoriete boeken als kind?

Favoriet aller tijden was Meester van de Zwarte Molen van Otfried Preussler. Dit boek heb ik vast 50 keer gelezen. Het donkere en spannende maar toch ook de liefde die overwint. Met stip op tweede plaats Levende Bezems, zo bij gehuild en kon het zo vaak lezen, het dramatische alleen op de wereld-gevoel. Maar vooral afloop van het verhaal, heerlijk. En van Nederlandse bodem, Zeezicht, van Simone Schell, ook tig keer gelezen, zo spannend en mooi. Prachtig beschreven hoe het moet zijn geweest na de oorlog, weer balans proberen te vinden en zoveel geheimen en verborgen pijn. Niet dat mijn ouders gelovig waren, verre van, ik ben kind van een gemengd huwelijk zoals dat vroeger genoemd werd. Een joodse vader en een katholieke moeder. Mijn ouders hadden niets met het geloof maar probeerden ons wel iets mee te geven van hun achtergrond. Heb bijvoorbeeld zo genoten van de kinderbijbel, oude testament, wat een prachtige verhalen. Ook een favoriet.

Lette je toen ook al op de illustratoren? Had je favorieten?

Jazeker, was en ben dol op Quentin Blake, zo’n geweldige tekenaar! Zijn handschrift vind ik zo ontzettend mooi. Mance Post, wier werk ik kende van de boeken van Guus Kuijer, heb ik als jong meisje ooit mogen ontmoeten. Ze signeerde in een boekwinkel en maakte daar ook een tekening voor je, als je dat wilde. Ik was zo onder de indruk, dacht ook dat zij het meest geweldige beroep ter wereld had en dat iedereen dat natuurlijk zou willen worden. En dat dat mij dus daarom nooit zou lukken. Kreeg nog wel een standje van haar want ik vouwde haar tekening dubbel. Terecht natuurlijk.

Je hebt een heel specifieke stijl: is die gaandeweg ontstaan of had je die meteen al aan het begin van je carrière in de vingers?

Die is zeker gaandeweg ontstaan, omdat ik al vrij vroeg opdrachten kreeg en nooit een opleiding heb gehad. Ik kan ook niet veel meer dan deze stijl, mijn handschrift.

Welke technieken gebruik je het liefst bij het illustreren?

Altijd gemengd. Het enige voordeel van geen opleiding is natuurlijk dat ik op geen enkele manier geremd wordt door wat wel en niet zou kunnen of wat wel en niet mag. Sinds kort werk ik digitaal waarbij ik handgemaakte collages/ geraamtes uiteindelijk bewerk met de computer. Ik denk dat ik steeds probeer mijn handschrift te behouden maar toch verder te komen. Want ik blijf het moeilijk vinden mijn werk te zien, als ik een door mij geïllustreerd boek in handen krijg zie ik toch vaak wat niet zo goed is. Jammer maar misschien ook nodig.

Ben je beïnvloed door andere kunstenaars? Zo ja, welke?

Ik ben ontzettende fan van Alexander Calder (zijn werk is nu te zien in de Kunsthal in Rotterdam). Dat fragile wat hij maakt en toch zo sterk. Magisch. En alles gebruiken dat voorhanden is, het recyclen. En de beweging van zijn werk, heel fijn vind ik dat. Mijn bewondering voor hem zal vast ook mijn werk raken, al is het alleen maar dat ik zin krijg om te werken en dankbaar ben dat ik dit werk mag doen.

Je hebt ook zelf een boek geschreven en geïllustreerd. Wat was er dan eerder, het verhaal of was een tekening een aanzet om te beginnen?

Meestal is een beeld inderdaad aanzet tot een verhaal. Voor mijn laatste (helemaal zelf gemaakte) boek Kleintje dacht ik aan een beeld van een gezellig etentje maar dat daarna altijd opgeruimd moet. En aan de excuses die altijd worden gezocht, denk dat ieder gezin dat herkent, om maar niet te hoeven af te ruimen/ af te wassen etc. Maar soms heb ik een idee voor een verhaal, een beknopt idee, maar kom er niet verder mee. Dan leg ik het voor aan een auteur die er soms iets heel moois van kan maken. Met Bette Westera werk ik vaak zo. Zij schijnt nog een mapje ‘ideeën van Barbara’ in haar computer te hebben, heel grappig, ideeën die ik zelf dus ben vergeten. En vorig jaar heeft Tamara Bos prachtige gedichtjes gemaakt voor het prentenboek Duizend Vissen in de Zee. Ik zag de illustraties voor me en die leenden zich zo voor gedichten. Dat is werk voor een goede auteur, niet voor mij. Dan ben ik zo blij met de prachtige tekst van Tamara. Ik hoef niet zo nodig een tekst van mijzelf te illustreren want ik illustreer net zo lief een mooie tekst van een ander.

We gaan momenteel door een nare tijd, maar voor jou is het door omstandigheden extra zwaar. Is je werk dan een goede afleiding of raak je geblokkeerd?

Wij zijn in miljoenen stukjes gebroken, onze zoon is 7 maanden geleden verongelukt. Ik weet nog niet goed wat dit gaat doen met mij qua werk, of ik verder kan met dit werk of het er nog toe doet. Sinds zijn dood heb ik één boek geïllustreerd en dat was fijn want de hele dag op de bank zitten huilen is ook verschrikkelijk. Het ging redelijk goed en het is een leuk Sinterklaasboek geworden. Een schip vol Sinterklazen van Bette Westera. De boeken die de laatste tijd zijn uitgekomen. Hond vs Kat (van Barbara Jurgens), Spoedniks zoekt een nieuwe planeet (van Stefan Wolters) en Het geluk van Schildpad (van Tiny Fisscher) heb ik geïllustreerd voordat onze zoon stierf. Wat ik wel weet is dat wij de eerste tijd na zijn dood door zijn gekomen, allereerst gedragen door familie en vrienden, maar op de tweede plaats door middel van muziek, beeld en tekst. Ik wist het wel, maar heb toen de enorme kracht of troost gevoeld van kunst.

Heb je weer plannen om zelf een boek te maken en kun je daar iets over vertellen?

Ja, dat wil ik wel, maar dat zal wel iets zijn wat met verdriet en verlies te maken heeft. Vanuit mij komen geen vrolijke ideeën momenteel. Omdat mijn verhalen tot nu toe veelal om humor draaiden weet ik niet hoe dit uitpakt. De komende tijd ben ik bezig met het illustreren van mooie dierengedichtjes van Bette Westera, dat is fijn voor nu.

Hier kun je nog iets vertellen wat je graag kwijt wilt.

Seb, onze zoon, is om het leven gekomen door een val van driehoog. Hij is gevallen door een groot raam van enkel glas. Er zat geen doorvalbeveiliging voor zijn raam. Na zijn dood is de actie ‘Hoe Veilig Woon Jij Eigenlijk’ in het leven geroepen door familie en vrienden. Wij willen mensen waarschuwen voor de gevaren van grote ramen op hoogte zonder doorvalbeveiliging. Veel mensen leven in een levensgevaarlijke situatie, zonder dat ze zich hier bewust van zijn. Bovendien willen wij verhuurders wijzen op hun verantwoordelijkheid te zorgen voor een veilige woning. Voor elk groot raam op hoogte hoort doorvalbeveiliging te zitten. Enkelglas (in deze tijden van verduurzamen eigenlijk vreemd) is schijnveiligheid.

‘HoeVeiligWoonJijEigenlijk’ is te vinden op Instagram en Facebook.

Website van Barbara de Wolf

Vragen: Pieter Feller

Andere recensies

Een koord boven de afgrond – Cyrille Offermans – De Arbeiderspers – 616 blz. Een iets beschuttere plek misschien (2017), Midden in het onbewoonbare (2020), en dan nu Een koord boven de afgrond (2023): de titels van de gebundelde dagboeknotities van Cyrille Offermans worden...
Lees verder Categorie: Essays, Literatuur
| Reageer!
Breydel – Lisa Demets – Uitgeverij Vrijdag – 265 blz. Op 11 juli 1302 versloegen de volksmilities van enkele Vlaamse steden het prestigieuze Franse ridderleger nabij de stad Kortrijk. De onverwachte nederlaag sloeg in als een bom. Na de slag verzamelde de Vlaamse coalitie...
Lees verder Categorie: Geschiedenis, Non-fictie
| Reageer!
Zo voelt het om een vogel te zijn – Tim Birkhead – Illustraties: Catherine Rayner – Vertaling: Steven Blaas – Lemniscaat – 48 blz. Informatieve boeken zijn bijna nooit heel geschikt om voor te lezen. Zo voelt het om een vogel te zijn is...
Lees verder Categorie: Dieren & Natuur, Non-fictie
| Reageer!