De hemel boven Nieuw-Zeeland

Al wat schittert – Eleanor Catton – Vertaald door Gerda Baardman en Jan de Nijs – Anthos – 832 blz.

Al wat schittert omslagToen Eleanor Catton vorig jaar de prestigieuze Man Booker Prize won met haar roman The Luminaries (In het Nederlands: Al wat schittert) was dat opmerkelijk nieuws, want met haar 27 jaar was zij de jongste winnaar ooit. De roman, met zijn omvang van 832 bladzijden tevens de dikste winnaar ooit, was bovendien pas haar tweede boek. Er was sprake van een sterke shortlist, andere auteurs stonden bij de bookmakers hoger genoteerd dan Catton. Het juryrapport vermeldt dat The Luminaries op het eerste oog een van die ‘big baggy monster novels’ van Henry James lijkt te zijn maar dat bij lezing ‘de onderliggende structuur, met de verfijnde complexiteit en schoonheid van een planetenstelsel, een strakke ordening aanbrengt’. Een roman dus met de breedsprakigheid van een negentiende-eeuwse roman, in toom gehouden door een – hoogst ongewone – structuur. Ik verlies mijzelf af en toe graag in zo’n ‘monster’ van James, Dickens of Wilkie Collins, dus was benieuwd naar deze pastiche.

Het verhaal speelt in Nieuw-Zeeland, aan de westkust van het Zuidereiland. In januari 1866 arriveert de jonge Schotse jurist Walter Moody per zeilschip in Hokitika, een plaats die pas enkele jaren eerder was gesticht na de vondst van goud in de gelijknamige rivier. Moody is niet helemaal zichzelf, want aan boord van het schip Godspeed heeft hij iets vreemds meegemaakt, zoiets als een spookverschijning. Hij neemt zijn intrek in het Crown Hotel, waar hij later op de avond in de rookkamer een groep van twaalf mannen aantreft die in beraad zijn. Hij wint hun vertrouwen en hoort vervolgens tot zijn verbazing twaalf getuigenissen aan die alle te maken hebben met enkele gebeurtenissen die kort daarvoor in Hokitika hebben plaatsgevonden: de dood van een alcoholist, de verdwijning van een jonge rijke goudzoeker en de zelfmoordpoging van een jonge prostituee. Gedurende de nacht vertelt elk van de twaalf mannen wat hij weet van deze drie zaken, of hoe hij erbij was betrokken. Moody luistert, stelt vragen, vertelt zelf van zijn ervaring aan boord en neemt langzaamaan de rol op zich van de detective die de mogelijke misdrijven moet oplossen.

De mannen vormen een dwarsdoorsnede van de notabelen in een stadje als dit: de bankier, de redacteur van de krant, de hoteleigenaar, de eigenaar van goudclaims, de goudsmid, de koopman, de reder, de apotheker, de gerechtsklerk, de hoedenmaker, de kapelaan en de delver van jade, een Maori. De meesten van hen zijn afkomstig uit Engeland en hebben ervoor gekozen om in deze volstrekte uithoek van het koninkrijk een bestaan op te bouwen.

Walter Moody vormt met een handvol anderen een tweede groepje hoofdrolspelers: de kapitein van het zeilschip Godspeed, zijn echtgenote annex hoerenmadam annex organisator van séances, de politicus en de directeur van de gevangenis. Daarnaast zijn er nog de vermiste goudzoeker en de prostituee, Emery Staines, en Anna Wetherell.

Dit eerste hoofdstuk beslaat maar liefst 360 bladzijden. Of, als je dat zo wilt zien, een cirkel van 360 graden. Dat pretendeert volledigheid, en als lezer heb je aan het einde van dit hoofdstuk ook wel het gevoel een overzicht te hebben van de gebeurtenissen en van de relaties tussen de belangrijkste, overigens heel kleurrijke personages. Maar of dat allemaal klopt?

Na die eerste nacht waarin iedereen min of meer openhartig was worden de meesten toch voorzichtiger uit angst dat hun eigen belang door de ontwikkelingen wordt geschaad. In de volgende hoofdstukken, waarin de verhaallijnen worden uitgediept en er geregeld nieuwe informatie boven water komt die zaken ineens in een ander licht zet, houden de mannen hun kaarten angstvallig voor de borst. Of gaan zelf op onderzoek uit. In het kleine Hokitika kun je gemakkelijk even bij iemand langsgaan en dat is ook precies wat gebeurt.

Catton kan schrijven. Ze houdt de stijl van negentiende-eeuwse roman – zoals genoemd in het juryrapport – consequent vast. Of het nu een weergave is van een storm op zee, van een uit de hand lopende séance, van hoog oplopende emoties in de rechtbank of van een melodramatische scène met twee geliefden en een pistool, het is zonder uitzondering uitvoerig en meeslepend. De terzijdes die ze Moody en anderen laat denken, over goud, rijkdom en de waarheid, zijn treffend. Ze moet een voorliefde hebben voor het tweegesprek, want die zijn een genot om te lezen.

Maar dan die structuur. Die ligt er dik bovenop. Ieder hoofdstuk begint met een astrologische kaart waarin de hoofdpersonen hun plekje krijgen in de stand van de planeten in de maand van het jaar 1866 of 1865 waarin het hoofdstuk speelt. De twaalf mannen zijn ieder onder een teken van de Dierenriem gerangschikt, de leden van het groepje Walter Moody ieder onder een planeet. De eigenschappen van die tekens en planeten beïnvloeden het gedrag van de personen. Functioneel of symbolisch? Catton heeft er veel werk van gemaakt, is er trots op en het schijnt te kloppen. Ik geloof niet erg in dergelijke dingen.

Wat verhaaltechnisch wel werkt is die andere vondst: bijna ieder hoofdstuk is ruwweg de helft korter dan het voorgaande. Zoals ook de maan gedurende een deel van haar cyclus afneemt. De omslag van het boek wordt dan ineens begrijpelijk. Besloeg het eerste hoofdstuk 360 bladzijden, het laatste is nauwelijks een halve bladzijde lang. Zeker tegen het einde van de roman betekent dit het heel bondig afknopen van een verhaallijn, het net nog even presenteren van een andere zienswijze met betrekking tot de misdrijven. Of het uiten van een liefdesverklaring. Dat kan in een halve bladzijde.

Wie elkaar op die laatste halve bladzijde de liefde verklaren laat ik even in het midden. Hoewel, een tipje van de sluier kan ik wel oplichten: the luminaries. Ook wel: een planeet en een ster.

Peter van der Ploeg

Andere recensies

Kip op je kop – Jowi Schmitz – Illustrator: Jeska Verstegen – Querido – 119 blz. Jowi Schmitz is auteur van zowel jeugdboeken als voor volwassenen. Zij studeerde Culturele studies en is naast auteur ook theaterrecensent. Zij heeft voor haar werk onder andere de...
Lees verder Categorie: Jeugdboeken
| Reageer!
SALOMON – Jacqueline Zirkzee – Nobel Boeken – 240 blz. Volgens de uitgever  is SALOMON een dystopisch verhaal over de wereld ná de Toeslagenaffaire, speculatieve fictie met thrillerelement. Wat mij betreft is het veel meer dan dat. De lezer duikt in het leven van...
Lees verder Categorie: Dystopie, Roman
| Reageer!
Wat ik allemaal zou kunnen zeggen – Tiny Fisscher & Katrin Laureijssens – Illustraties: Eva Neirynck – Samsara – 68 blz. Achttien hoofdstukken staan er in dit boek. Te beginnen met het hoofdstuk ‘De vraag’ en eindigend met het hoofdstuk ‘Het antwoord’. De hoofdstukken...
Lees verder Categorie: Filosofie, Kinderboeken
| Reageer!