Donker verhaal met onbeantwoorde vragen

Sus – Jonas T. Bengtsson – Vertaling David Grävling – Koppernik – 208 blz.

Van het schrijven van vrolijke boeken kun je Jonas T. Bengtsson niet betichten, dat kun je concluderen na lezing van Sus. Het vorige in Nederland uitgebrachte boek, het overigens prachtige Een sprookje, was vooral mistroostig. Sus is een duistere vertelling over een jonge vrouw die maar op één ding uit is: zich wapenen om er klaar voor te zijn als haar vader de gevangenis verlaat.

Want haar vader zou een monster zijn, als je af moet gaan op alle indirecte aanwijzingen in die richting. Sus, een jonge vrouw van negentien met het postuur van een twaalfjarige, heeft zich voorgenomen hem te doden zodra de mogelijkheid zich aandient. Ze wapent zich op allerlei manieren. Mentaal door zich dagelijks een doel te stellen, zoals op de rand van het dak van het gebouw waar zij woont te staan en haar angst te overwinnen. Of door allochtone buurtgenoten tot in het diepst van hun ziel te krenken, het risico van een fatale afloop op de koop toe nemend. Op fysiek vlak door zich te harden. Qua materiaal door zich te voorzien van een wapen.

Dat zij daarbij de wet overtreedt, is onderdeel van dit proces. Zij voelt geen wroeging of terughoudendheid. Winkeldiefstal is aan de orde van de dag, ze is gehaaid genoeg om precies te weten wat ze moet doen om te voorkomen dat zij wordt gesnapt. Sus deinst er zelfs niet voor terug om drugs te verkopen aan minderjarige kinderen om aan geld te komen. Alle middelen zijn geoorloofd om dat ene doel te bereiken.

Sus woont alleen. Haar broer ligt met een granaatsplinter in zijn hoofd op de intensive care. Ze is niet iemand voor gezelschap, contacten met anderen zijn vooral functioneel. Gevoelens van sympathie of empathie zijn haar vreemd. Ze is hard voor zichzelf en voor anderen. Zij kent één keer een moment van zwakte en dat zit haar enorm dwars. Haar waarnemingen zijn klinisch, haar doen en laten opportunistisch. Je beleeft het verhaal door de ogen van de hoofdpersoon. Zij is verteller en haar belevenissen vertelt zij vooral in de tegenwoordige tijd. Er wordt nauwelijks teruggeblikt. Het zorgt er alles bij elkaar voor dat je weinig gevoel krijgt voor de hoofdpersoon; een gevoelloze robot.

Je zou bijna vergeten dat het een eenzaam kind is van negentien. Juist dat maakt het verwarrend. Je wilt weten waarom, hoe, door wat zij zo is geworden. Bengtsson laat die vragen onbeantwoord. Zoals hij ook andere vragen onbeantwoord laat. Waarom is haar vader zo’n monster? Wat is er in het verleden voorgevallen? Hoe zit het met andere familieleden, zijn die er wel? Heiligt het doel altijd de middelen?

Het is een verademing dat Bengtsson niet alles uitkauwt en juist veel aan de fantasie van de lezer overlaat. De auteur laat weer zien dat hij weet hoe je de lezer moet raken. In een sobere, bijna uitgebeende stijl, gespeend van sentiment heeft hij een indringend verhaal verteld dat je niet licht vergeet.

Jan Koster

Andere recensies

Kip op je kop – Jowi Schmitz – Illustrator: Jeska Verstegen – Querido – 119 blz. Jowi Schmitz is auteur van zowel jeugdboeken als voor volwassenen. Zij studeerde Culturele studies en is naast auteur ook theaterrecensent. Zij heeft voor haar werk onder andere de...
Lees verder Categorie: Jeugdboeken
| Reageer!
SALOMON – Jacqueline Zirkzee – Nobel Boeken – 240 blz. Volgens de uitgever  is SALOMON een dystopisch verhaal over de wereld ná de Toeslagenaffaire, speculatieve fictie met thrillerelement. Wat mij betreft is het veel meer dan dat. De lezer duikt in het leven van...
Lees verder Categorie: Dystopie, Roman
| Reageer!
Wat ik allemaal zou kunnen zeggen – Tiny Fisscher & Katrin Laureijssens – Illustraties: Eva Neirynck – Samsara – 68 blz. Achttien hoofdstukken staan er in dit boek. Te beginnen met het hoofdstuk ‘De vraag’ en eindigend met het hoofdstuk ‘Het antwoord’. De hoofdstukken...
Lees verder Categorie: Filosofie, Kinderboeken
| Reageer!