Een gedwongen huwelijk
Een innige vereeniging – Wilfried Uitterhoeve – Uitgeverij Vantilt – 157 blz.
Na de catastrofale veldtocht van Napoleon tegen Rusland in 1812 en zijn nederlaag in de Volkerenslag bij Leipzig in oktober 1813 rukken de geallieerde troepen op naar Parijs. Ze veroveren de stad in april 1814. Voor Napoleon volgt de verbanning naar Elba. De herinrichting van Europa kan nu echt beginnen. De Noordelijke Nederlanden zijn bij de pinken: ze roepen een hernieuwde eigen staatsgemeenschap uit met aan het hoofd een Oranje, Willem Frederik (de latere koning Willem I). Deze zet samen met zijn medewerkers onmiddellijk zijn schouders onder het project om een ‘innige vereeniging’ met de Zuidelijke Nederlanden te bewerkstelligen.
De verschillende hinkstapsprongen naar deze vereniging worden in het boek besproken. Verschillende scenario’s liggen op de internationale onderhandelingstafel. Engelsen, Pruisen, Russen en Oostenrijkers hebben hun eigen wensen inzake gebiedsuitbreidingen, invloedssferen en bufferstaten. In 1814 geven deze grote mogendheden op het Congres van Wenen uiteindelijk hun finale zegen over de vereniging. Op 21 september 1815 wordt Willem I in Brussel ingehuldigd als koning van de Noordelijke en Zuidelijke Nederlanden.
En wat is de reactie in de Zuidelijke Nederlanden? Alles wordt beslist over hun hoofd heen. Een eigen staat is in die dagen absoluut niet aan de orde. De Zuid-Nederlandse notabelen sturen in maart 1814 de hertog van Beaufort-Spontin naar de onderhandelingstafel in Chaumont met als doel het terug opnemen van België in het Oostenrijkse grondgebied. Maar het protocol van Londen van 21 juni 1814 beslist reeds over de vereniging van Holland met België.
Tegenstand tegen de vereniging komt vooral van de katholieke geestelijkheid. Ze zetten druk op de Zuid-Nederlandse notabelen die over de grondwetsherziening dienen te stemmen. Een meerderheid spreekt zich tegen deze nieuwe grondwet uit. Maar de thuisblijvers worden bij de voorstanders geteld. Ook de Zuid-Nederlanders die alleen vanwege de bepalingen inzake godsdienst tegen zijn, worden bij de voorstanders geteld. Slechts dankzij deze beruchte ‘arithmétique hollandaise’ kan koning Willem I de goedkeuring van de grondwet forceren. De Hollanders vormen een minderheid in het nieuwe land: het aantal inwoners stijgt van twee miljoen naar meer dan vijf miljoen. Maar de godsdienstkwestie zal een hete angel blijven. Het aantal volksvertegenwoordigers in het nieuwe parlement is voor Noord en Zuid gelijk ondanks het hogere bevolkingsaantal in het Zuiden. De eerste kiemen zijn gelegd voor de Revolutie van 1830.
De tekst in het boek wordt afgewisseld met citaten uit brieven en passages uit de gesloten verdragen. In aparte tussenstukjes wordt een aantal problemen en knelpunten besproken die zich in het eenheidsproces voordeden. Wat diende er te gebeuren met de Schelde? Hoe ver oostwaarts zou het nieuwe gebied reiken? Wat met Luxemburg en Limburg? Zou het koninkrijk terug in bezit komen van de kolonies die het in de Franse tijd was kwijtgeraakt aan Engeland? Deze tussenstukjes worden duidelijk afgescheiden van de hoofdtekst door het gebruik van twee tekstkolommen en een kleiner lettertype. Het werk is zakelijk en objectief geschreven met letterlijke weergave van een aantal relevante artikelen uit de diverse gesloten verdragen (weliswaar vertaald). Maar de vele paginagrote portretten, landkaarten en spotprenten maken er een aantrekkelijk geheel van. Een zeer handelbaar formaat, ook ideaal om eens te doorbladeren. Achterin het boek zijn een illustratieverantwoording en namenregister opgenomen. In een kort hoofdstukje beschrijft de auteur ook nog de bronnen die hij heeft geraadpleegd. Een zeer sterk onderbouwd boek over een scherp afgelijnde tijdsperiode en onderwerp. Voor de geïnteresseerden in het onderwerp zeker een aanrader.
Kris Muylle