Hadewijch en haar reïncarnatie

Messias van niks – Michiel Cox – Atlas Contact – 223 blz.

Cox begeleidt de lezer in de wereld van processies, een soort bedetochten rond een heilige, Maria of een bijzonder relikwie. In een stoet van geestelijken en gelovige wordt het beeld of relikwie meegedragen. Zo zijn de Kroningsfeesten in Tongeren opgedragen aan Maria en wordt er een bijzonder beeld dat gekroond is meegevoerd. Dit zevenjaarlijkse evenement in de geboorteplaats van Cox zal zeker een deel van de inspiratie voor dit boek geweest zijn. In het – niet bestaande – dorpje Vuchelt wordt elke drie jaar de Hadewijchprocessie gehouden. – In werkelijkheid is die er niet. – De happening wordt door heel het dorp en veel toeristen bijgewoond. In Vuchelt is men ervan overtuigd dat Hadewijch daar haar laatste jaren heeft doorgebracht. In de stoet wordt de tafel waaraan zij gewerkt zou hebben, meegevoerd. Om onverklaarbare redenen is het aantal Oost-Aziatische toeristen zo sterk toegenomen dat er op de dag van de processie bijna geen doorkomen meer aan is.

De tweede rode lijn in het verhaal wordt gepersonifieerd door madame Odetta. Ze komt zonder veel trompetgeschal in Vuchelt aan met de bedoeling daar te gaan wonen. “Ze droeg een roodbruine wollen poncho, die me veel te warm leek voor de tijd van het jaar, haar zware brilmontuur stond bijna op de punt van haar neus.” Lang zal de rust niet duren voor de trompetten, schel en vals, de fysieke rust en de gemoedsrust gaan verstoren. Odetta gaat het leven van veel mensen voorgoed veranderen. Zij is een overtuigde bewonderaarster van Hadewijch, bidt tot haar om genezing en krijgt die ook nog. Daar Hadewijch nu een wonder verricht heeft, pleit ze er sterk voor om haar heilig te verklaren, wat op sterke afwijzing van meneer pastoor stuit. Ze richt een soort ‘sekte’ op, onder haar leiding en krijgt nogal wat aanhangers “Volgelingen” genoemd. Echter legt zij het loodje bij een ongeval. Aangezien veel Volgelingen Odetta zien als de reïncarnatie van Hadewijch, wordt besloten haar begrafenis en de processie op dezelfde dag te laten plaatsvinden.

Met die dag begint het verhaal, dat dus niet chronologisch wordt verteld. Kennelijk wil Cox daarna laten zien hoe en waarom alles wel tot deze apotheose heeft moeten leiden. Om niet eenzijdig te worden laat hij het verhaal vertellen, in de ik-vorm, door vier protagonisten, die elk bijzondere en soms bizarre eigenschappen en karakters hebben.

Eerst is daar Jeannine, getrouwd met André; ze hebben hun middelbare leeftijd al even achter de rug. Zij baat een winkeltje uit, waarin ze wierrook en andere snuisterijen die met de processie te maken hebben, verkoopt. Zij lijkt nog de enige normale figuur, of is dat slechts schijn? André is geen verteller. Hij heeft vijftien jaar geleden het spreken afgezworen: “Hij is gewoon klaar met praten, hij heeft alles gezegd”. Maar dan komt het ‘wonder’! Zo gauw Odetta ten tonele verschijnt, heeft hij weer van alles te zeggen. Hij is de grootste bewonderaar van Odetta en wordt ook leider van de Volgelingen. Daarbij draagt hij dan een habijt met achter op de kap “de minne es al”.

Dan is er Sven, een gefrustreerd jong mens. Hij denkt alles over Hadewijch te weten en fungeert daarom ook als gids bij de processie. Niet alleen heeft hij seksuele fantasieën en is hij impotent, ook lijdt hij aan waandenkbeelden, als hij denkt te kunnen vliegen: “…je verlaat je nest. Je vliegt naar het water en verder, verder, over de nachtelijke, zwarte zee.” Miriam wordt een obsessie voor hem, als hij zich seksueel steeds meer tot haar aangetrokken voelt.

Ook deze Miriam, een journaliste is verteller. Het is haar bedoeling het definitieve verhaal over Hadewijch en de processie te publiceren, maar krijgt lang niet altijd de nodige medewerking. Ook zij heeft wat bijzonders, bijvoorbeeld als ze gestrest raakt in de menigte: “…langzaam verlaat ik mijn lichaam en al snel zweef ik boven de menigte. Hier is het rustig, enkele meters lager zie ik mijn lichaam naar adem happen”. Volgens meneer pastoor is zij “het duiveltje op Odetta’s schouder”.

De vierde en laatste verteller is meneer pastoor. Beroepshalve heeft hij veel met de processie te maken. Maar hij is al jaren geleden van zijn geloof gevallen. Hij stelt zichzelf vragen en krijgt dan antwoorden in zijn hoofd, die hij toeschrijft aan een imaginaire vrouw, die hij daarna “zijn vrouw” noemt! “Ze is zo’n groot deel van mijn leven, dat ik een ontbijtbord dek voor haar”. Hij is de grootste tegenstander van Odetta, ondanks, of dankzij, het feit dat hij haar de biecht heeft afgenomen. “U bent een aandachttrekker, een Messias van niks die haar eigen waanvoorstelling tot religie wil verheffen. Mensen zoals u verzieken de wereld, madame.”

Alle gedragingen en uitingen van de vier protagonisten hebben ergens raakrijnen met de Visioenen, die door Hadewijch zijn beschreven. Voor lezers die (nog) niet met haar hebben kennisgemaakt, zou het verstandig zijn even op haar naam te ‘googelen’, voor beter begrip.
Cox heeft als het ware een andere wereld geschapen, een wereld als in een gedicht of visioen van Hadewijch. Ook met thema’s die aan Hadewijch herinneren. Het is duidelijk dat de auteur wil laten zien hoe moeilijk het is standvastig te blijven in roerige tijden. Net als Hadewijch terugvallen op het mystieke in het geloof, om met het eerste deel van het boek te spreken: “de minne es al”.

De boodschap van Cox blijft overeind, hij houdt de aandacht ervoor sterk vast door alles in een luchtige, soms hilarische en absurdistische vorm te gieten. Ook de afsluiting is scherp en overtuigend. Knappe compositie en stijl, die slechts zelden echt Vlaams wordt. Het is te hopen dat zijn theateractiviteiten hem af en toe even rust gunnen om te werken aan een volgende roman, waar we reikhalzend naar uitzien.

Kees de Kievid

Boek bestellen!

Andere recensies

Een koord boven de afgrond – Cyrille Offermans – De Arbeiderspers – 616 blz. Een iets beschuttere plek misschien (2017), Midden in het onbewoonbare (2020), en dan nu Een koord boven de afgrond (2023): de titels van de gebundelde dagboeknotities van Cyrille Offermans worden...
Lees verder Categorie: Essays, Literatuur
| Reageer!
Breydel – Lisa Demets – Uitgeverij Vrijdag – 265 blz. Op 11 juli 1302 versloegen de volksmilities van enkele Vlaamse steden het prestigieuze Franse ridderleger nabij de stad Kortrijk. De onverwachte nederlaag sloeg in als een bom. Na de slag verzamelde de Vlaamse coalitie...
Lees verder Categorie: Geschiedenis, Non-fictie
| Reageer!
Zo voelt het om een vogel te zijn – Tim Birkhead – Illustraties: Catherine Rayner – Vertaling: Steven Blaas – Lemniscaat – 48 blz. Informatieve boeken zijn bijna nooit heel geschikt om voor te lezen. Zo voelt het om een vogel te zijn is...
Lees verder Categorie: Dieren & Natuur, Non-fictie
| Reageer!