Heerlijk cynisch boek
Quarantaine – Wytske Verstaag – Prometeus – 173 blz.
Wytske Versteeg (1983) studeerde in 2005 cum laude af in de politicologie. Vooral Versteegs tweede boek Boy was erg succesvol, met de BNG Literatuurprijs en een nominatie voor de Libris Literatuurprijs. De vertaalrechten werden verkocht aan Duitsland, Groot-Brittannië, Denemarken en Turkije. Verder verschenen er teksten van Versteeg in NRC Handelsblad, Vrij Nederland, Opzij, Nouveau, DasMag, De Revisor, Hollands Maandblad en Tirade.
Plastisch chirurg Tomas Augustus zit gevangen in zijn huwelijk als hij tot zijn eigen verbazing verliefd wordt op de veel jongere Maria. Voor het eerst begint hij te twijfelen aan de leugen die hij leeft, maar net nu Tomas kans ziet op een nieuw begin, wordt het hele land lamgelegd door een dodelijke en uiterst besmettelijke ziekte. Tomas is een van de weinige overlevenden. Verscholen in zijn huis vertelt hij het verhaal van een man die een leven lang niet werd geraakt, en toen plotseling wel.
Quarantaine is een gevalletje ‘laatste man op aarde’ of ‘alleen op de wereld’. Thomas Augustus zit alleen in zijn huis en kan niet anders dan nadenken over zijn eigen leven. Hij overdenkt alles wat hij ooit heeft gekend, en hoe het had kunnen zijn. Een prima basis voor een goed boek.
Maar het is vooral het cynisme van de man die Quarantaine tot een heerlijk boek maakt. Versteeg weet Tomas neer te zetten als een bittere man, maar toch krijg je eerder medelijden met hem dan dat het je irriteert.
“Nu ze er niet meer is, merk ik tot mijn verbazing soms dat ik haar mis. Niet als persoon, zo diep is onze relatie nooit gegaan. Eerder zoals je een meubelstuk mis waaraan je gewend geraakt was, of misschien een hond die altijd in dezelfde hoek van de kamer ligt. Ik heb een hekel aan alle dieren en begrijp al helemaal niet wat mensen in honden zien anders dan een al te gemakzuchtige streling van hun onzekere ego, maar vandaag kwam ik er eentje tegen in de verlaten straten van de stad. Het beest had hangoren en, ik zweer het, exact dezelfde blik in zijn ogen als Leanne. Misschien was het een reïncarnatie, want ook hij was dik, en ik wilde er niet te lang over nadenken hoe dat kwam nu er geen bazen meer zijn om hun oogappels biologisch-dynamisch verantwoorde runderhartjes te voeren.”
Ik heb me kostelijk vermaakt met de uitspattingen van Tomas over de mensen in zijn (vroegere) leven. Zo overdenkt hij een feestje, met een bepaald slag mensen: “tot op het kankerpunt gebruinde huis en [ze] droegen loshangende blouses over lijven uitgeteerd door tarwesapdiëten”.
Quarantaine is een plezier om te lezen!
Felice Beekhuis