Het voordeel van meertaligheid

Het meertalige kind – Marinella Orioni – Van Gennep – 268 blz.

Marinella Orioni (1973) werkte onder meer als docent Nederlands aan het Institut Néerlandais in Parijs, de stad waar ze met haar Italiaanse man en kinderen woont. Zelf had ze een Italiaanse vader en een Nederlandse moeder, maar de voertaal was – omdat ze in Nederland woonden – Nederlands. Dat dit zo liep, spijt haar zeer. Liever had ze met haar vader Italiaans gesproken en met haar moeder en op school Nederlands, zodat ze tweetalig was opgevoed. Destijds dacht men dat dit voor een kind niet geschikt was. Thuis moest er één taal gesproken worden. Had ze als kind het Italiaans van haar vader geleerd, dan had dat op de taalontwikkeling van het Nederlands geen enkele negatieve invloed gehad. Een kind kan heel gemakkelijk twee of meer talen simultaan leren. Orioni spreekt nu met de kinderen Nederlands, haar man spreekt Italiaans met ze en op school spreken ze Frans. Dat gaat uitstekend en zonder dat er verwarring optreedt. Bij een kind ontwikkelen zich meerdere taalsystemen naast elkaar.

Op blz. 99 van Het meertalige kind staat het ijsbergmodel van Jim Cummins. “De zichtbare toppen van de ijsberg staan voor de verschillende taalsystemen in het brein. De toppen zijn niet met elkaar verbonden, maar rusten allemaal op een onzichtbare niet-talige basis, de Common Underlying Profiency. De algemene kennis, zeg maar.”
Een taal leren is voor een kind redelijk makkelijk. Een baby tot acht maanden leert al de klanken van een taal herkennen. Hij herkent ook de lengte van woorden in een bepaalde taal en leert zo de talen onderscheiden. Om een taal te onderhouden moet hij regelmatig worden gesproken, anders zakt hij weg. Zelf merk ik dat als ik eens per jaar naar Frankrijk ga. Mijn Frans is dan roestig, maar na een paar weken begint dat aardig bij te trekken, om weg te zakken als ik weer in Nederland ben.

Het is een vergissing om te denken dat meertalig opgevoede kinderen geboren tolken zouden zijn. Omdat de talen als het ware naast elkaar bestaan, is er weinig interactie, en dus moet ook een meertalig opgevoed kind goed nadenken over een vertaling. Intussen is dus het idee van eentalig opvoeden van kinderen volkomen achterhaald. Jonge kinderen leren een taal makkelijker dan volwassenen en het is niet slecht voor de taalontwikkeling maar juist goed.
Gelukkig wordt er in Nederland steeds meer tweetalig onderwijs gegeven, Engels en Nederlands. In Friesland wordt zelfs gestreefd naar drietalig onderwijs 50% Nederlands, 30 % Engels en 20% Fries.
In een wereld die steeds meer vraagt van studenten op taalgebied – colleges worden vaak in het Engels gegeven – is het van groot belang dat een kind meertalig wordt opgevoed.
“Het meertalige kind blijkt vaardiger, flexibeler en interessanter dan we dachten en heeft bovendien capaciteiten die we niet kenden.”
Het boek Het meertalige kind bestaat uit drie delen van elk vier hoofdstukken die meerdere aspecten van de meertaligheid belichten. Het is een interessant boek voor opvoeders, mensen uit het onderwijs en logopedisten en verder iedereen die geïnteresseerd is in taal.

Pieter Feller

Andere recensies

Hutten bouwen – Sonja Schulte – Uitgeverij Passage – 198 blz. In dit boek gaat de lezer met de auteur mee op vier verschillende reizen: Naar de bossen van Vlieland, Dartmoor, Engeland, Cesky Raj in Tsjechie en de Eifel. In de eerste reis zien...
Lees verder Categorie: Verhalenbundel
| Reageer!
Harde handen – Caja Cazemier – Ploegsma – 208 blz. Wanneer hondje Wapper ineens keihard begint te janken, weet Moxie (13 jaar) al hoe laat het is. Haar vader heeft weer eens een slechte dag. Dat betekent dat niet alleen haar hond gevaar loopt,...
Lees verder Categorie: Jeugdboeken
| Reageer!
Hans en Grietje – Bethan Woollvin – Hoogland & Van Klaveren – 32 blz. Dit is niet een sprookje zoals wij het kennen, maar een “andersom” sprookje. Alles wat je bedenkt gaat anders dan hoe het sprookje in onze gedachten en geheugen zit. Het...
Lees verder Categorie: Kinderboeken
| Reageer!