Indrukwekkende en toegankelijke roman

De donkere kamer van Damokles – W.F. Hermans – CPNB – 319 blz.

De donkere kamer van Damokles(eerste druk 1958), een oorlogsroman, is verfilmd en er bestaat geen enkele twijfel over de kwaliteit van het boek en ook geen twijfel over de kwaliteit van filmer Fons Rademakers. Hij doopte de film ‘Als twee druppels water’ – een commercieel aantrekkelijker titel dan de boektitel – en deed dit vanwege het feit dat de hoofdpersonen, Dorbeck en Osewoudt zo sterk op elkaar lijken. Wel moet sigarenwinkelier Henri Osewoudt zijn haar zwart verven om de gelijkenis compleet te maken.

Tijdens mijn middelbare schooltijd heb ik De donkere kamer van Damokles niet gelezen. De boeken van Hermans gingen me destijds echt boven de pet. De overgang van de jongensboeken over Arendsoog en schippers van De Kameleon naar de literaire boeken van Hermans, Mulisch en Reve, was voor mij als een jonge tiener toch te groot. Ik begreep er weinig van. Pas aan het eind van de schooltijd, toen ik een jaar of zeventien, achttien was, begon ik sommige boeken te waarderen. Mijn leesplezier had toen zomaar kunnen verdwijnen, maar gelukkig was daar Jan Wolkers wiens boeken veel toegankelijker waren.

De film ‘Als twee druppels water’ heb ik wel gezien. Het is een van de weinige films waarvan ik me na lange tijd nog beelden kan herinneren. De rol van zowel Dorbeck als Osewoudt(in de film heet hij Ducker) werd gespeeld door acteur Lex Schoorel. Een filmbeeld dat me sterk is bijgebleven, is als de twee mannen voor een spiegel staan en Osewoudt een foto maakt van hun tweeën. Het is een sleutelscène in de film én het boek.
‘Osewoudt richtte de Leica op de spiegel en stelde in.
-Is hier veel te donker, zei Dorbeck.
-Nee, kan best. Zit stil!
Uit de spiegel staarde Dorbeck hem aan. Hun hoofden waren vlak naast elkaar. Osewoudts haar was weer helemaal blond, maar ondanks dat en ondanks de baard van Dorbeck, was de gelijkenis in hun gezichten nog altijd ontstellend groot. Het leek wel of dezelfde man daar stond tweemaal, een keer in vermomming. En toch, als je raden moest welke kop vermomd was en welke echt, je zou eerder de baardeloze bleke kop voor vermomming houden. Zo hielden ze een seconde doodstil, elkaar aanstarend in de spiegel. Osewoudt hield de sluiter ingedrukt met een gevoel van extase: hij dacht: nu ben ik eindelijk compleet, als is het maar op een foto. De sluiter klikte.’
Later blijkt dat, als Osewoudt wil aantonen dat Dorbeck wel degelijk heeft bestaan, er slechts een foto op het rolletje staat, namelijk van Osewoudt met Obersturmführer Ebernuss.

Henri Osewoudt is een jongensachtige man met vrouwelijke gelaatstrekken. Zo heeft hij bijvoorbeeld geen baardgroei. In mannenkleren lijkt niemand er aan te twijfelen dat hij daadwerkelijk een man is, maar verkleed als wijkverpleegster ziet geen enkele man dat Osewoudt een man is. Nee, veel mannen zoeken toenadering tot hem en willen hem zoenen of meer. Deze scènes vind ik in het boek niet erg sterk. Ze doen een groot beroep op je inlevingsvermogen, want in werkelijkheid zouden zeker niet alle mannen in die verkleedpartij trappen.

Aan het begin van het boek wordt Osewoudt in zijn sigarenwinkel benaderd door Dorbeck die hem een fotorolletje geeft dat hij moet ontwikkelen. Vanaf dat moment zuigt Dorbeck Osewoudt de wereld van het verzet tegen de Duitsers in. Maar is het wel het verzet? Telkens krijgt Oeswoudt opdrachten die hij ook uitvoert, in de veronderstelling dat hij dat doet in naam van het verzet. Als lezer ga je daar in mee, zeker als Osewoudt/Dorbeck door de Duitsers wordt gezocht.

Aan het eind van het boek als het zuiden van Nederland al bevrijd is, vlucht Osewoudt verkleed als wijkverpleegster van Noord- naar Zuid-Nederland. Hij denkt als een held te worden onthaald, maar wordt meteen gearresteerd, omdat er gedacht wordt dat hij een spion van de Duitsers is. Gelukkig is er de foto die hij van hemzelf en Dorbeck heeft gemaakt zodat hij kan aantonen dat hij niet alleen of helemaal niet verantwoordelijk is voor de feiten waarvan hij verdacht wordt.

De donkere kamer van Damokles is prachtig geschreven. Vol spannende scènes en nooit een saai moment. Uiteraard is er een pakkende openingszin, het handelsmerk van Hermans.
‘…Dagenlang zwierf hij rond op zijn vlot, zonder drinken.’ Deze zin komt voor in een verhaal dat de onderwijzer aan Osewoudts klas vertelt en heeft dus eigenlijk niets met de verwikkelingen in het boek te maken.
Hermans bekende uitspraak dat ‘er geen mus van het dak mag vallen, zonder dat dit een betekenis heeft in een boek’ moeten we wel een beetje met een korreltje zout nemen. De zin wordt vaak aangehaald, maar denk ik, niet helemaal goed geïnterpreteerd. Er mogen gerust zinnen in een roman staan die niets of niet veel met het verloop van het verhaal te maken hebben. Ze kunnen bijvoorbeeld tot doel hebben om een sfeer over te brengen. Met de uitspraak over de mus doelt Hermans waarschijnlijk meer op het feit dat er geen ‘bijzondere’ dingen moeten worden beschreven die geen functie hebben.

Hermans, die de oorlog als twintiger meemaakte, schetst in het boek een scherp beeld van Nederland in oorlogstijd. Hij laat zien dat de scheidslijn tussen goed en kwaad heel dun was. Bij herdrukken heeft hij nog aan de roman gesleuteld. Telkens twijfelend of hij alles wel duidelijk had opgeschreven. Op de vraag of Osewoudt dus aan de goede of de verkeerde kant had meegevochten, kon of wilde Hermans geen antwoord geven. Dat mag de lezer zelf uitzoeken.
Volgens mij is het wel duidelijk. Dorbeck is een dubbelspion en Osewoudt een naïeveling, die in Dorbeck een betere versie van zichzelf ziet. Osewoudt volgt klakkeloos Dorbecks bevelen op en draait uiteindelijk op voor door hem niet gepleegde misdaden.

Pieter Feller

Andere recensies

Hutten bouwen – Sonja Schulte – Uitgeverij Passage – 198 blz. In dit boek gaat de lezer met de auteur mee op vier verschillende reizen: Naar de bossen van Vlieland, Dartmoor, Engeland, Cesky Raj in Tsjechie en de Eifel. In de eerste reis zien...
Lees verder Categorie: Verhalenbundel
| Reageer!
Harde handen – Caja Cazemier – Ploegsma – 208 blz. Wanneer hondje Wapper ineens keihard begint te janken, weet Moxie (13 jaar) al hoe laat het is. Haar vader heeft weer eens een slechte dag. Dat betekent dat niet alleen haar hond gevaar loopt,...
Lees verder Categorie: Jeugdboeken
| Reageer!
Hans en Grietje – Bethan Woollvin – Hoogland & Van Klaveren – 32 blz. Dit is niet een sprookje zoals wij het kennen, maar een “andersom” sprookje. Alles wat je bedenkt gaat anders dan hoe het sprookje in onze gedachten en geheugen zit. Het...
Lees verder Categorie: Kinderboeken
| Reageer!