Ooggetuige van een roerig tijdperk
Een jeugd in Duitsland. Memoires 1893-1924 – Ernst Toller – Schokland – 230 blz
De jaren direct na de Eerste Wereldoorlog waren voor Duitsland een chaotische periode. De oorlog was verloren, de door de geallieerden opgelegde herstelbetalingen verlamden de economie, de keizer was gevlucht en het lukte maar niet om nieuwe gezagsstructuren algemeen geaccepteerd te krijgen. Het dagelijks leven werd beheerst door kleinere en grotere opstanden, door politieke moorden en door een razendsnelle inflatie. De bevolking had vrijwel geen vertrouwen meer in haar leiders. Dat verhaal is tot in detail bekend, want al vaak beschreven. Maar het recent opnieuw uitgegeven Een jeugd in Duitsland van Ernst Toller geeft een onthullende inkijk door een insider.
Toller wordt in 1893 geboren in Samotschin in het westen van het huidige Polen. Het land is op dat moment verdeeld tussen Rusland, Oostenrijk en Pruisen en bestaat niet meer als zelfstandig land. De familie Toller is Joods, heeft een winkel en vereert de Duitse keizer. De jonge Ernst verzamelt fanatiek plaatjes met afbeeldingen van hem. Na zijn middelbare school gaat hij rechten studeren in Grenoble. Wanneer in 1914 de oorlog uitbreekt reist hij direct terug naar Duitsland en neemt vrijwillig dienst in het leger. Hij wordt al snel naar het front in Frankrijk gestuurd, waar hij de zinloosheid van de oorlog aan den lijve meemaakt. In zijn memoires schrijft hij daarover: ‘Vandaag zijn we met tien man, morgen met acht, granaten hebben er twee aan stukken gereten. We begraven onze doden niet. We zetten ze in kleine nissen die voor ons in de wand van de loopgraaf zijn uitgehakt om in uit te rusten. Als ik gebukt door de loopgraaf sluip, weet ik niet of ik langs een dode of een levende loop. Hier hebben lijken en levende dezelfde grauwgele gezichten.’ Deze en andere ervaringen veranderen zijn blik op de wereld Ă©n zijn politieke opstelling.
In 1916 wordt hij ziek, waarna hij wordt afgekeurd voor militaire dienst. Hij reist dan naar MĂĽnchen om er literatuur te studeren. Ook komt hij daar in contact met leiders van de arbeidersbeweging. Vanaf dat moment bepalen het schrijven en de politiek zijn leven. In 1919 is hij korte tijd de leider van de Beierse Radenrepubliek, een onafhankelijk staat die is gebaseerd op een zelfbestuur door raden van arbeiders en soldaten. Dit uit idealisme geboren experiment duurt nauwelijks drie weken, van 9 april tot 2 mei. Daarna maken troepen op bevel van de Duitse centrale regering een eind aan de opstand. De leiders van de Radenrepubliek krijgen zware straffen, een aantal wordt gefusilleerd. Toller komt er vanaf met vijf jaar gevangenis. Die jaren van gevangenschap gebruikt hij nuttig. Hij schrijft in zijn cel zijn eerste toneelstukken, werken waarin hij radicaal-linkse opvattingen uit. Die worden, nog tijdens zijn gevangenschap, met succes opgevoerd in Berlijn, Dresden, Neurenberg en andere steden.
Toller schrijft in een opvallende stijl, misschien het best te omschrijven als een soort staccato. Gebeurtenissen worden beschreven in korte passages, zonder literaire opsmuk en andere onnodige uitweidingen. Daardoor zijn veel taferelen heel indringend, ze blijven je lang bij. Mooi is zijn korte verslag, niet meer dan tien regels lang, van een bezoek aan Thomas Mann die gedichten van hem leest en van commentaar voorziet. Of de ontmoeting met de dichter Rainer Maria Rilke in een boekhandel, slechts drie regels lang maar veelzeggend. En ronduit ontroerend is zijn weergave van het bestuurlijke gedoe rond het paartje zwaluwen dat een nestje bouwt in de rand van het tralievenster van zijn cel, welk gedoe leidt tot de bundel Das Schwalbenbuch.
De memoires eindigen in 1924, wanneer Toller uit de gevangenis komt. Hij eindigt met de woorden ‘Ik ben dertig jaar / Mijn haar wordt grijs / Ik ben niet moe.’ Jaren van publiek succes zullen volgen, waarin zijn werk wordt opgevoerd en vertaald, waarin hij lezingen geeft en waarin in 1933 deze memoires verschijnen bij Querido in Amsterdam. De machtsovername door de Nazi’s in 1933 verandert alles. Hij is in Duitsland niet langer welkom en zijn boeken komen op de brandstapel. Hij spant zich in voor de Spaanse zaak, maar moet toezien hoe Franco toch de macht grijpt en de dat westerse wereld zijn regime erkent. In 1939 maakt hij op een hotelkamer in New York een einde aan zijn leven.
De memoires zijn opnieuw uitgegeven in de reeks Kritische Klassieken van uitgeverij Schokland. In een nieuwe vertaling en met verklarende noten en een nawoord. Een mooi initiatief, want een bezield mens als Ernst Toller die zo bevlogen zijn tijd in beeld brengt mag niet worden vergeten.