Waar zijn de brieven gebleven?
P.S. – Van liefdespost tot hatemail – Jet Steinz – Podium – 529 blz.
In april 1975 werd ik verliefd op het meisje dat later mijn vrouw werd en nog steeds is. Toen zij die zomer met haar ouders drie weken op vakantie ging naar Vierhouten op de Veluwe, bleef ik alleen achter. Ik beloofde haar elke dag een brief te schrijven en dat deed ik dan ook. Verliefde mensen doen gekke dingen. Elke dag liep ze naar het kantoortje op de camping om mijn brief op te halen, daarna te lezen en te verstoppen. Het moest allemaal een beetje geheim, want onze liefde werd door mijn aanstaande schoonouders met argusogen bekeken. Het moeten een stuk of twintig brieven geweest zijn, die ergens eind jaren zeventig bij een verhuizing jammer genoeg verloren zijn gegaan. Ik had graag nog eens gelezen wat ik als jongeman in die tijd aan mijn liefje heb geschreven.
Jet Steinz heeft meer dan genoeg brieven gevonden om deze dikke bundel samen te stellen. Daarbij epistels van meer dan vijfhonderd jaar oud. Bijzonder dat die bewaard gebleven zijn, zoals dit fragment uit een liefdesbriefje van Katrina Beem aan Carel Westenburg uit 1797. Hij komt uit een kist met niet bezorgde poststukken. De kist zou twee eeuwen op het Doesburgse postkantoor blijven liggen en werd in 1999 geopend. Carel las de brief nooit.
“Lieve Carel,
Carel, ik wou dat ik je weer zou kunnen zien, waar ik zo hard naar verlang. Carel, ik wou dat jullie weer hier kwamen in garnizoen kwamen. Carel ik denk dag en nacht aan je want toen jullie op zee waren, toen heb ik veel tranen om je gelaten want ik was heel verdrietig toen je op zee was. Carel, je moet het niet aan vader zeggen en ook niet aan moeder en je moet de groeten hebben van vader en moeder…”
Steinz heeft de brieven in dertig categorieën ingedeeld, van zeepost tot afscheidsbrieven. Elke categorie wordt ingeleid met een kort lemma met uitleg over het hoe en waarom de brieven zijn opgenomen of soms ook niet in het boek kwamen. P.S. is een boeiend en ook een leerzaam boek. Zoals het weetje over Francesco de Tassis. Eind vijftiende eeuw richtte hij een postdienst op. In feite is hij de grondlegger van het Europese postwezen. Voor die tijd en ook nog wel daarna, moest je maar afwachten of, en zo ja, wanneer je brief aankwam. Saillant detail is dat er een codetaal voor het plakken van postzegels bestond. Rechtop, liggend, links of rechts, het betekende allemaal iets anders. Oude brieven zijn nu een mooie aanvulling voor de geschiedschrijving en een belangrijke bron voor historici, biografen, sociologen en taalkundigen.
Onthullend zijn de afwijzingsbrieven, zoals die van cabaretier Wim Kan die Jasperina de Jong adviseert “amateur te blijven”.
Er zijn categorieën die onthutsend zijn, zoals de dreigbrieven. Dit is een korte aan minister Posthuma in 1917, die middenin de Eerste Wereldoorlog belast was met de voedseldistributie.
“Minister Posthuma!
Als vóór 5 februari a.s. de distributie niet beter geregeld is, zijt gij een man des doods. Wees op uw hoede!”
Of de anonieme dreigbrief uit 1943 van iemand die weet dat er ergens een onderduiker in huis zit en 750 gulden eist, opdat hij zal zwijgen.
Steinz verzamelde 150 Nederlandse brieven en uit alle hoeken en gaten van de samenleving. Eenmaal begonnen met lezen, laat het boek je niet snel los. Soms blijf je met een knagend gevoel achter. Hoe zal de ontvanger gereageerd hebben? Soms leest een brief als een spannend kortverhaal. Elke categorie begint lang geleden en eindigt in de twintigste of eenentwintigste eeuw. Zeer actuele brieven zijn die van Joran van de Sloot aan de media en het afscheidsbriefje van Herman Brood. Het is als een reis door de tijd. Emoties zoals verdriet, teleurstelling, wanhoop, haat en boosheid komen langs.
P.S. is een boek waar je uren in kan bladeren en na een tijdje weer kan oppakken om bepaalde brieven nog eens na te lezen. Misschien inspireert het boek je wel om zelf de pen ter hand te nemen en een brief aan een geliefde te sturen. Weer eens wat anders dan een appje of een email.